Home ->Woordenboeken ->Spaans/Engels ->Vertaal trucaje

Vertaal trucaje van Spaans naar Engels

Overzicht

Spaans naar Engels: Meer gegevens...

trucaje:
- trick; trickery; ruse; gimmicks; stunts

Spaans

Uitgebreide vertaling voor trucaje (Spaans) in het Engels

trucaje:

trucaje [el ~] zelfstandig naamwoord

el trucaje (truco; trampa; artimaña; ardid; treta; estratagema)
the trick; the trickery; the ruse; the gimmicks; the stunts
- trick [the ~] zelfstandig naamwoord
- trickery [the ~] zelfstandig naamwoord
- ruse [the ~] zelfstandig naamwoord
- gimmicks [the ~] zelfstandig naamwoord
- stunts [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor trucaje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gimmicks	ardid; artimaña; estratagema; trampa; treta; trucaje; truco
ruse	ardid; artimaña; estratagema; trampa; treta; trucaje; truco	artimaña; trampa; treta; truco
stunts	ardid; artimaña; estratagema; trampa; treta; trucaje; truco
trick	ardid; artimaña; estratagema; trampa; treta; trucaje; truco	acecho; agilidad; anzuelo; aptitud; ardid; arte; artes; artimaña; astucia; canallada; cebo; ciencia; comodidad; escapada; etapa; excursión; jugada; jugarreta; locura; manija; maña; pericia; presteza; señuelo; trampa; trayecto; treta; truco; viaje
trickery	ardid; artimaña; estratagema; trampa; treta; trucaje; truco	engaño; estafa; fraude; mentira
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
trick		afligir; agarrar; alzar; amanecer; atormentar; burlarse; colocar; dar el pego; dar salida; defraudar; depositar; desconectar; despistar; destituir; destronar; dársela; embromar; engañar; estafar; fastidiar; hacer rabiar; hacer tonto a alguien; hacer trampa; hacer trampas; hacer un broma; hacer una mala jugada; incordiar; joder; mentir; pegarle a una persona; pegarse; robar con engaño; sacar; socaliñar; timar; tomar el pelo; trapacear