Overzicht
Spaans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tu:
  2. tú:
  3. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor (Spaans) in het Engels

tu:

tu bijvoeglijk naamwoord

  1. tu (tuyo)
    your
    • your bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor tu:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
thee os; te; ti; tu; ; ustedes; vosotras; vosotros usted
thou os; te; ti; tu; ; ustedes; vosotras; vosotros usted
you os; te; ti; tu; tuya; tuyo; ; ustedes; vosotras; vosotros os; usted; ustedes; vosotros; vuestra; vuestro
your te; ti; tu; tuya; tuyo Su
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
you a ti; te
your tu; tuyo su; suyo

Wiktionary: tu

tu
en-det
  1. possessive determiner
en-pron
  1. possessive determiner
  2. belonging to you (singular; one owner)

Cross Translation:
FromToVia
tu your jouw — informeel|nld van jou
tu your dein — Form des Possessivpronomens „dein, deine, dein“: Zeigt den Besitz, das Eigentum oder die Zugehörigkeit einer Person bzw. Sache zu einer dem Sprecher direkt gegenüberstehenden Person, Sache an

tú:


Vertaal Matrix voor :

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
thee os; te; ti; tu; ; ustedes; vosotras; vosotros usted
thou os; te; ti; tu; ; ustedes; vosotras; vosotros usted
you os; te; ti; tu; ; ustedes; vosotras; vosotros os; te; ti; tu; tuya; tuyo; usted; ustedes; vosotros; vuestra; vuestro
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
you a ti; te

Wiktionary:

en-pron
  1. singular informal form of "you"
  2. subject pronoun: the person being addressed
en-det
  1. the individual or group spoken/written to

Cross Translation:
FromToVia
thou; you jij — aangesproken persoon enkelvoud informeel
you; thou tu — Pronom personnel sujet de la deuxième personne du singulier

Verwante vertalingen van