Overzicht
Spaans Synoniemen: Meer gegevens...
-
obligatorio:
- obligado; obligatorio; debido; que se debe; fingido; afectado; forzado; compulsivo; involuntario; forzoso; antinatural; contranatural; vinculante; imperativo; preceptivo; reglamentario; coaccionado; comprometido; ligado; atado; entregado a; careciendo libertad; complaciente; indulgente; comprometedor; exigente; autoritario; coactivo; imperioso
Spaans
Uitgebreide synoniemen voor obligatorio in het Spaans
obligatorio:
-
obligatorio
obligado; obligatorio; debido; que se debe-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
debido bijvoeglijk naamwoord
-
que se debe bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
obligado; obligatorio; fingido; afectado; forzado; compulsivo; involuntario; forzoso; antinatural; contranatural-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
fingido bijvoeglijk naamwoord
-
afectado bijvoeglijk naamwoord
-
forzado bijvoeglijk naamwoord
-
compulsivo bijvoeglijk naamwoord
-
involuntario bijvoeglijk naamwoord
-
forzoso bijvoeglijk naamwoord
-
antinatural bijvoeglijk naamwoord
-
contranatural bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
vinculante; obligatorio; imperativo-
vinculante bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
imperativo bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
obligatorio; obligado; preceptivo; reglamentario-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
preceptivo bijvoeglijk naamwoord
-
reglamentario bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
coaccionado; obligado; obligatorio; forzado; forzoso; compulsivo; involuntario-
coaccionado bijvoeglijk naamwoord
-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
forzado bijvoeglijk naamwoord
-
forzoso bijvoeglijk naamwoord
-
compulsivo bijvoeglijk naamwoord
-
involuntario bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
comprometido; obligado; ligado; obligatorio; atado; entregado a; careciendo libertad-
comprometido bijvoeglijk naamwoord
-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
ligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
atado bijvoeglijk naamwoord
-
entregado a bijvoeglijk naamwoord
-
careciendo libertad bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
complaciente; obligatorio; indulgente; comprometedor-
complaciente bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
indulgente bijvoeglijk naamwoord
-
comprometedor bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
obligatorio-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
imperativo; exigente; autoritario; coactivo; obligatorio; imperioso-
imperativo bijvoeglijk naamwoord
-
exigente bijvoeglijk naamwoord
-
autoritario bijvoeglijk naamwoord
-
coactivo bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-
imperioso bijvoeglijk naamwoord
-
-
obligatorio
comprometido; atado; ligado; entregado a; obligado; obligatorio-
comprometido bijvoeglijk naamwoord
-
atado bijvoeglijk naamwoord
-
ligado bijvoeglijk naamwoord
-
entregado a bijvoeglijk naamwoord
-
obligado bijvoeglijk naamwoord
-
obligatorio bijvoeglijk naamwoord
-