Tallar: vertaling Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

tallar:
- beitelen; kerven; in hout schrijven; uitknippen; houtsnijden; snijwerk maken
- kerven
Wiktionary:
- tallar → slijpen, boetseren, modelleren, vormen, schrobben, bewerken

Spaans

Uitgebreide vertaling voor tallar (Spaans) in het Nederlands

tallar:

tallar werkwoord

tallar
beitelen
- beitelen werkwoord (beitel, beitelt, beitelde, beitelden, gebeiteld)
tallar (grabar en madera)
kerven; in hout schrijven
- kerven werkwoord (kerf, kerft, kerfde, kerfden, gekerfd)
- in hout schrijven werkwoord
tallar (cortar; entresacar; recortar)
uitknippen
- uitknippen werkwoord (knip uit, knipt uit, knipte uit, knipten uit, uitgeknipt)
tallar (entallar)
houtsnijden
- houtsnijden werkwoord (snijd hout, snijdt hout, sneed hout, sneden hout, houtgesneden)
tallar (grabar en madera; entallar)
kerven; snijwerk maken
- kerven werkwoord (kerf, kerft, kerfde, kerfden, gekerfd)
- snijwerk maken werkwoord (maak snijwerk, maakt snijwerk, maakte snijwerk, maakten snijwerk, snijwerk gemaakt)

Conjugations for tallar:

presente

tallo
tallas
talla
tallamos
talláis
tallan

imperfecto

tallaba
tallabas
tallaba
tallábamos
tallabais
tallaban

indefinido

tallé
tallaste
talló
tallamos
tallasteis
tallaron

fut. de ind.

tallaré
tallarás
tallará
tallaremos
tallaréis
tallarán

condic.

tallaría
tallarías
tallaría
tallaríamos
tallaríais
tallarían

pres. de subj.

que talle
que talles
que talle
que tallemos
que talléis
que tallen

imp. de subj.

que tallara
que tallaras
que tallara
que talláramos
que tallarais
que tallaran

miscelánea

¡talla!
¡tallad!
¡no talles!
¡no talléis!
tallado
tallando

1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

tallar [el ~] zelfstandig naamwoord

el tallar
het kerven
- kerven [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor tallar:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kerven	tallar
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beitelen	tallar
houtsnijden	entallar; tallar
in hout schrijven	grabar en madera; tallar
kerven	entallar; grabar en madera; tallar	entallar; hacer un corte en madera; hacer una incisión; picar
snijwerk maken	entallar; grabar en madera; tallar
uitknippen	cortar; entresacar; recortar; tallar

Synoniemen voor "tallar":

burilar; cincelar; esculpir; grabar; granear; inscribir
entallar; labrar
morder
adornar; tornear; repujar

Wiktionary: tallar

Cross Translation:

From	To	Via
• tallar	→ slijpen	↔ cut — to form or shape by cutting
• tallar	→ boetseren; modelleren; vormen	↔ hew — to shape; to form
• tallar	→ schrobben	↔ scrub — to rub hard
• tallar	→ bewerken	↔ work — shape, form, or improve a material

Computer vertaling door derden: