Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. faz:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor faz (Spaans) in het Nederlands

faz:

faz [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la faz (cara; rostro; fisonomia)
    het gezicht; het aangezicht; het gelaat
    • gezicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • aangezicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • gelaat [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor faz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aangezicht cara; faz; fisonomia; rostro aire; apariencia; aspecto; cara; delantera; expresión; fachada; figura; frente; frontis; frontispicio; parte de delante; parte delantera; semblante
gelaat cara; faz; fisonomia; rostro aire; aspecto; cara; expresión; figura; semblante
gezicht cara; faz; fisonomia; rostro aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo

Verwante woorden van "faz":

  • faces

Synoniemen voor "faz":


Wiktionary: faz

faz
noun
  1. het gezicht, het gelaat

Cross Translation:
FromToVia
faz aangezicht; gezicht; gelaat face — part of head
faz zijde face — of a polyhedron
faz gelaat Antlitzgehoben: vordere Teil des Kopfes bei Menschen und Säugetieren