Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. edificación:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor edificación (Spaans) in het Nederlands

edificación:

edificación [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la edificación (urbanización)
    de bebouwing
  2. la edificación (construcción; edificio; casa; )
    het gebouw; het bouwwerk; het pand
    • gebouw [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bouwwerk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • pand [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. la edificación (construcción; edificio; finca; )
    het bouwsel
    • bouwsel [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor edificación:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bebouwing edificación; urbanización
bouwsel casa; complexión; construcción; cultivo; edificación; edificio; estatura; estructura; faldón; finca; inmueble; prenda; talla
bouwwerk casa; complexión; construcción; cultivo; edificación; edificio; estatura; estructura; faldón; finca; inmueble; lote; parcela; prenda; solar; talla; terreno de construcción; terreno edificable
gebouw casa; complexión; construcción; cultivo; edificación; edificio; estatura; estructura; faldón; finca; inmueble; lote; parcela; prenda; solar; talla; terreno de construcción; terreno edificable edificio
pand casa; complexión; construcción; cultivo; edificación; edificio; estatura; estructura; faldón; finca; inmueble; lote; parcela; prenda; solar; talla; terreno de construcción; terreno edificable apartamento; casa; caución; dita; edificio; fianza; garantía; habitación; prenda

Verwante woorden van "edificación":


Synoniemen voor "edificación":


Wiktionary: edificación


Cross Translation:
FromToVia
edificación bouwen; bouw building — act or process of building

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van edificación