Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. óptico:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor óptico (Spaans) in het Nederlands

óptico:

óptico [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el óptico
    de opticien
    • opticien [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. el óptico
    brillenmaker

óptico bijvoeglijk naamwoord

  1. óptico
    optisch

Vertaal Matrix voor óptico:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
brillenmaker óptico
opticien óptico
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
optisch óptico

Verwante woorden van "óptico":


Synoniemen voor "óptico":


Wiktionary: óptico

óptico
noun
  1. iemand die kundig is in de optica

Cross Translation:
FromToVia
óptico opticien Optiker — Fachmann, der sich beruflich mit der Herstellung, Reparatur und dem Verkauf optischer Geräte beschäftigt
óptico optisch optisch — die Optik betreffend
óptico opticien opticien — Celui qui fabrique, celui qui vendre des instruments d’optique.

Verwante vertalingen van óptico