Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. espita:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor espita (Spaans) in het Nederlands

espita:

espita [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la espita (taberna; venta; barra; )
    de uitspanning

Vertaal Matrix voor espita:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uitspanning bar; barra; bayuca; bufe; cafetería; café; canilla; comedor; espita; grifo; merendero; mesón; posada; restaurante; salón de té; sotana; taberna; tasca; tenedor; venta

Synoniemen voor "espita":


Wiktionary: espita


Cross Translation:
FromToVia
espita kraan; tap HahnTechnik: eine mechanische Vorrichtung, mit der der Durchfluss von Flüssigkeiten oder Gasen gesteuert werden kann
espita kraan; tap; tapkraan robinet — Pièce servant à retenir un fluide.

Verwante vertalingen van espita