Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: prensa

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: prensa

Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. prensa:
  2. prensar:
  3. Wiktionary:

Spaans

Uitgebreide vertaling voor prensa (Spaans) in het Nederlands

prensa:

prensa [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la prensa
    de pers; de drukpers
    • pers [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • drukpers [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. la prensa
    de pers
    • pers [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor prensa:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drukpers prensa
pers prensa

Synoniemen voor "prensa":


Wiktionary: prensa

prensa
noun
  1. een instrument waarmee druk uitgeoefend kan worden
  2. journalistieke media
Cross Translation:
FromToVia
• prensa → pers ↔ press — printed media
• prensa → pers ↔ presse — ensemble des journaux

prensa vorm van prensar:

prensar werkwoord

  1. prensar (apretar; presionar; oprimir; pesar sobre)
    persen
    • persen werkwoord (pers, perst, perste, persten, geperst)
  2. prensar (comprimir; apretar; concentrarse; estrujar)
    comprimeren; samenpersen; samendrukken
    • comprimeren werkwoord (comprimeer, comprimeert, comprimeerde, comprimeerden, gecomprimeerd)
    • samenpersen werkwoord (pers samen, perst samen, perste samen, persten samen, samengeperst)
    • samendrukken werkwoord (druk samen, drukt samen, drukte samen, drukten samen, samengedrukt)

Conjugations for prensar:

presente
  1. prenso
  2. prensas
  3. prensa
  4. prensamos
  5. prensáis
  6. prensan
imperfecto
  1. prensaba
  2. prensabas
  3. prensaba
  4. prensábamos
  5. prensabais
  6. prensaban
indefinido
  1. prensé
  2. prensaste
  3. prensó
  4. prensamos
  5. prensasteis
  6. prensaron
fut. de ind.
  1. prensaré
  2. prensarás
  3. prensará
  4. prensaremos
  5. prensaréis
  6. prensarán
condic.
  1. prensaría
  2. prensarías
  3. prensaría
  4. prensaríamos
  5. prensaríais
  6. prensarían
pres. de subj.
  1. que prense
  2. que prenses
  3. que prense
  4. que prensemos
  5. que prenséis
  6. que prensen
imp. de subj.
  1. que prensara
  2. que prensaras
  3. que prensara
  4. que prensáramos
  5. que prensarais
  6. que prensaran
miscelánea
  1. ¡prensa!
  2. ¡prensad!
  3. ¡no prenses!
  4. ¡no prenséis!
  5. prensado
  6. prensando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor prensar:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
comprimeren apretar; comprimir; concentrarse; estrujar; prensar archivar; compactar; comprimir
persen apretar; oprimir; pesar sobre; prensar; presionar estrujar; explotar; exprimir
samendrukken apretar; comprimir; concentrarse; estrujar; prensar
samenpersen apretar; comprimir; concentrarse; estrujar; prensar

Synoniemen voor "prensar":


Wiktionary: prensar

Cross Translation:
FromToVia
• prensar → drukken ↔ press — to apply pressure

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van prensa







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0826 seconde
Page rendered in 1.0 seconds