Prestigio: vertaling Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

prestigio:
- status; prestige; aanzien; achtbaarheid; niveau; achting
Wiktionary:
- prestigio → aanzien, gezag, prestige
- prestigio → prestige, aanzien, autoriteit, gezag, verdienste, glorie, beroemdheid, lof, roem

Spaans

Uitgebreide vertaling voor prestigio (Spaans) in het Nederlands

el prestigio (reputación; respetabilidad)
de status; het prestige; het aanzien; achtbaarheid
- status [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- prestige [het ~] zelfstandig naamwoord
- aanzien [het ~] zelfstandig naamwoord
- achtbaarheid [znw.] zelfstandig naamwoord
el prestigio (reputación; respeto)
het niveau; het aanzien; de achting
- niveau [het ~] zelfstandig naamwoord
- aanzien [het ~] zelfstandig naamwoord
- achting [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanzien	prestigio; reputación; respetabilidad; respeto	aire; alteza; aparición; apariencia; aspecto; cara; eminencia; estilo; expresión; exterior; figura; nobleza; semblante; tamaño
achtbaarheid	prestigio; reputación; respetabilidad	respetabilidad
achting	prestigio; reputación; respeto	aprecio; deferencia; estima; estimación; respeto
niveau	prestigio; reputación; respeto	altura; categoría; estándar; gradación; grado; llano; nivel; nivel de dimensión; norma; piso; propósito; rango
prestige	prestigio; reputación; respetabilidad
status	prestigio; reputación; respetabilidad	disponibilidad; estado; estado de aprobación; estado de conexión; estado de pago; mantenimiento
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aanzien		dar un vistazo a; mirar a; observar; percibir

prestigio

noun

hoe men door anderen gezien wordt
- aanzien → prestigio; consideración
bevoegdheid om ergens beslissingen over te nemen
- gezag → autoridad; prestigio
een goede naam op grond van echte prestaties en capaciteiten
- prestige → prestigio

Cross Translation:

From	To	Via
• prestigio	→ prestige	↔ Prestige — Ansehen oder Geltung einer Person, einer Vereinigung, einer Institution oder Ähnlichem in der Öffentlichkeit
• prestigio	→ aanzien; prestige	↔ prestige — dignity, status, or esteem
• prestigio	→ autoriteit; gezag; prestige; verdienste; glorie; beroemdheid; lof; roem	↔ gloire — La renommée brillante, universelle et durable, l’éclat que les vertus, le mérite, les grandes qualités, les grandes actions ou les grandes œuvres attirer à quelqu’un.