Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: raza

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: raza

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

raza:
- soort; ras; slag; geslacht; sekse; genus; kunne
Wiktionary:
- raza → ras
- raza → variëteit, ras, afkomst

Spaans

Uitgebreide vertaling voor raza (Spaans) in het Nederlands

raza:

raza [la ~] zelfstandig naamwoord

la raza (especie)
de soort; het ras; de slag
- soort [de ~] zelfstandig naamwoord
- ras [het ~] zelfstandig naamwoord
- slag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
la raza (sexo; género; familia; generación; género gramatical)
het geslacht; de sekse; het genus; de kunne
- geslacht [het ~] zelfstandig naamwoord
- sekse [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- genus [het ~] zelfstandig naamwoord
- kunne [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor raza:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
genus	familia; generación; género; género gramatical; raza; sexo
geslacht	familia; generación; género; género gramatical; raza; sexo	casa; dinastía; familia; linaje
kunne	familia; generación; género; género gramatical; raza; sexo
ras	especie; raza
sekse	familia; generación; género; género gramatical; raza; sexo
slag	especie; raza	batalla; baza; campo de batalla; capa; categoría; clase; clase social; combate; condición social; contienda; contratiempo; decepción; desengaño; desilusión; destreza; golpe; guerra; género; habilidad; lucha; mala suerte; mano; pelea; pelotazo; puñetazo; tipo
soort	especie; raza	categoría; clase; especie; género; tipo

Verwante woorden van "raza":

razas

Synoniemen voor "raza":

abolengo; estirpe; linaje; casta; prosapia; alcurnia; origen; ascendencia; cuna; nobleza; progenie; genealogía
ralea; especie; clase; calidad; calaña; estofa
sangre; parentesco; familia; cepa

Wiktionary: raza

raza

noun

groep waarin mensen, dieren of planten op basis van bepaalde eigenschappen worden verdeeld: het gele ras, het zwarte ras, het blanke ras
- ras → raza

Cross Translation:

From	To	Via
• raza	→ variëteit	↔ breed — all animals or plants of the same species or subspecies
• raza	→ ras; afkomst	↔ race — a large group of people set apart from others on the basis of a common heritage
• raza	→ ras	↔ ras — groep waarin mensen, dieren of planten op basis van bepaalde eigenschappen worden verdeeld: het gele ras, het zwarte ras, het blanke ras

Verwante vertalingen van raza