Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: sonsacar

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: sonsacar

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

sonsacar:
- aftroggelen; afsmeken; afbedelen
Wiktionary:
- sonsacar → veroorzaken, teweegbrengen

Spaans

Uitgebreide vertaling voor sonsacar (Spaans) in het Nederlands

sonsacar:

sonsacar [el ~] zelfstandig naamwoord

el sonsacar (regatear)
aftroggelen; afsmeken; afbedelen
- aftroggelen [znw.] zelfstandig naamwoord
- afsmeken [znw.] zelfstandig naamwoord
- afbedelen [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor sonsacar:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afbedelen	regatear; sonsacar
afsmeken	regatear; sonsacar
aftroggelen	regatear; sonsacar
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afbedelen		arrancar; coger; escamotear; hurtar; mangar; pegar; picar; piratear; pulir; robar
aftroggelen		birlar; mangar; robar

Wiktionary: sonsacar

Cross Translation:

From	To	Via
• sonsacar	→ veroorzaken; teweegbrengen	↔ elicit — To draw out, bring out.