Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. cabeza:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor cabeza (Spaans) in het Nederlands

cabeza:

cabeza [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cabeza (cabeza de un ser humano)
    het hoofd; de bol; hoofd van een mens
  2. la cabeza (entonamiento; cerebro; jefe; )
    de titel; de aanhef; het hoofd
    • titel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • aanhef [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hoofd [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. la cabeza (razón; entendimiento; noción; )
    het bewustzijn; het brein; het inzicht; het verstand; de rede
    • bewustzijn [het ~] zelfstandig naamwoord
    • brein [het ~] zelfstandig naamwoord
    • inzicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • verstand [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rede [de ~] zelfstandig naamwoord

cabeza [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el cabeza (jefe; patrón)
    de baas; de chef; het hoofd
    • baas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • chef [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hoofd [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. el cabeza (jefe; superior; contramaestre; líder; capataz)
    de baas; de chef; het hoofd; werkbaas; de voorman
    • baas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • chef [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • hoofd [het ~] zelfstandig naamwoord
    • werkbaas [znw.] zelfstandig naamwoord
    • voorman [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. el cabeza (cabecera; cerebro; mente; )
    de harses
    • harses [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor cabeza:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aanhef cabecera; cabeza; cerebro; directora; entonamiento; jefe; mente
baas cabeza; capataz; contramaestre; jefe; líder; patrón; superior capataz; comandante; director; directora; gerente; jefe; maestro; mentor; patrono; patrón
bewustzijn cabecera; cabeza; comprensión; encabezamiento; entendimiento; esclarecimiento; inteligencia; noción; opinión; perspicacia; razón conciencia; idea; noción
bol cabeza; cabeza de un ser humano bola; bola del mundo; bolita; globo
brein cabecera; cabeza; comprensión; encabezamiento; entendimiento; esclarecimiento; inteligencia; noción; opinión; perspicacia; razón agudeza; discernimiento; don; entendimiento; facultad de pensar; genialidad; genio; ingenio; inteligencia; inventiva; listeza; mente; noción; perspicacia; razón; sagacidad; talento
chef cabeza; capataz; contramaestre; jefe; líder; patrón; superior administrador; apoderado; director; gerente; jefe de departamento
harses bola; bollo; bulbo; cabecera; cabecilla; cabeza; calavera; cerebro; coco; crisma; cráneo; encabezamiento; esfera; mente
hoofd cabecera; cabeza; cabeza de un ser humano; capataz; cerebro; contramaestre; directora; entonamiento; jefe; líder; mente; patrón; superior administrador; cabecera; cabezada; cacique; capitán; comandante; director; director de escuela; gerente; gran jefe; jefa; jefe; mentor; presidente
hoofd van een mens cabeza; cabeza de un ser humano
inzicht cabecera; cabeza; comprensión; encabezamiento; entendimiento; esclarecimiento; inteligencia; noción; opinión; perspicacia; razón agudeza; aspecto; comprender; comprensión; concepción; concepto; criterio; discernimiento; entender; entendimiento; idea; interpretaciones; interpretación; juicio; manera de pensar; modo de ver; noción; opiniones; opinión; penetración; pensamiento; perspectiva; perspicacia; posición; punto de vista; sagacidad; toma de posición; versiones; versión; visión; vista
rede cabecera; cabeza; comprensión; encabezamiento; entendimiento; esclarecimiento; inteligencia; noción; opinión; perspicacia; razón capacidad intelectual; conferencia; discurso; disertación; encabezamiento; facultad de pensar; facultad mental; habla; intelecto; inteligencia; juicio; modo de hablar; recital
titel cabecera; cabeza; cerebro; directora; entonamiento; jefe; mente fundamento jurídico; fundamento legal; inscripción; título; título legal
verstand cabecera; cabeza; comprensión; encabezamiento; entendimiento; esclarecimiento; inteligencia; noción; opinión; perspicacia; razón agudeza; capacidad intelectual; discernimiento; don; entendimiento; facultad de pensar; facultad mental; genialidad; genio; ingenio; intelecto; inteligencia; inventiva; juicio; listeza; mente; noción; perspicacia; razón; sagacidad; talento
voorman cabeza; capataz; contramaestre; jefe; líder; superior capataz; jefe; líder
werkbaas cabeza; capataz; contramaestre; jefe; líder; superior
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bol abultado; circular; esférico; globular; redondo
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoofd mayoritario; principal

Synoniemen voor "cabeza":


Wiktionary: cabeza

cabeza
noun
  1. een belangrijk lichaamsdeel, helemaal bovenaan het lichaam, waarin zich de hersenen en de meeste zintuigen bevinden
  2. hoofd van een dier
  3. hoofd van een mens

Cross Translation:
FromToVia
cabeza kop; hoofd head — part of the body
cabeza hoofd; bazin; baas; leider; leidster; cheffin; chef head — leader or chief
cabeza kop head — end of hammer, etc.
cabeza vee Vieh — Alle Nutztiere, die in der Landwirtschaft gehalten werden.
cabeza hoofd; kop; krop tête — anatomie|fr partie supérieure du corps, qui est le siège du cerveau et des principaux organes des sens, et qui, chez l’homme et chez la plupart des vertébrés, tenir au reste du corps par le cou.

Verwante vertalingen van cabeza