Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. casado:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor casado (Spaans) in het Nederlands

casado:

casado bijvoeglijk naamwoord

  1. casado
    getrouwd; gehuwd

Vertaal Matrix voor casado:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gehuwd casado
getrouwd casado

Wiktionary: casado

casado
verb
  1. voltooid deelwoord van trouwen

Cross Translation:
FromToVia
casado getrouwd married — In a state of marriage; having a wife or a husband
casado gehuwd verheiratet — sich im Stande der Ehe befindend, im Stande der Ehe seiend

Verwante vertalingen van casado