Spaans

Uitgebreide vertaling voor chanchullos (Spaans) in het Nederlands

chanchullos:

chanchullos [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el chanchullos (cosas; trabajos; cositas; )
    de dingen; de spullen; de zaakjes; de zaken; het goedje; de waar
    • dingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • spullen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • zaakjes [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • zaken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • goedje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • waar [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. el chanchullos (obra mal hecha; bricolaje; porquería; desastre; embadurnamiento)
    het kladwerk; het knutselwerk; het prutswerk; het broddelwerk; het knoeiwerk
  3. el chanchullos (chapucería; chapucerías)
    het gemodder; het geknoei
    • gemodder [het ~] zelfstandig naamwoord
    • geknoei [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. el chanchullos (borrador; chapuzas; chapucería; )
    gerotzooi; het geflikflooi
  5. el chanchullos (borrador; desorden; porquería; )
    geklodder

Vertaal Matrix voor chanchullos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
broddelwerk bricolaje; chanchullos; desastre; embadurnamiento; obra mal hecha; porquería
dingen bienes; chanchullos; chismes; cosas; cositas; mercancías; productos; trabajos
geflikflooi borrador; chanchullos; chapucería; chapuz; chapuzas; embrollos; garrapatos
geklodder borrador; chanchullos; chapuceo; chapucería; chapucerías; chapuz; chapuzas; desorden; embadurnamiento; embrollos; garrapatos; mogollón; pintarrajo; porquería; trabajo en borrador
geknoei chanchullos; chapucería; chapucerías chapucerías; chapuzas; emporquería; ensuciamiento; porquerías; tejemaneje
gemodder chanchullos; chapucería; chapucerías
gerotzooi borrador; chanchullos; chapucería; chapuz; chapuzas; embrollos; garrapatos chapucerías; chapuzas
goedje bienes; chanchullos; chismes; cosas; cositas; mercancías; productos; trabajos chismes; cosa; material; substancia
kladwerk bricolaje; chanchullos; desastre; embadurnamiento; obra mal hecha; porquería borrador
knoeiwerk bricolaje; chanchullos; desastre; embadurnamiento; obra mal hecha; porquería
knutselwerk bricolaje; chanchullos; desastre; embadurnamiento; obra mal hecha; porquería bricolaje; trabajos manuales
prutswerk bricolaje; chanchullos; desastre; embadurnamiento; obra mal hecha; porquería
spullen bienes; chanchullos; chismes; cosas; cositas; mercancías; productos; trabajos
waar bienes; chanchullos; chismes; cosas; cositas; mercancías; productos; trabajos artículos; comercio; mercadería; mercancía; mercancías; negocios
zaakjes bienes; chanchullos; chismes; cosas; cositas; mercancías; productos; trabajos
zaken bienes; chanchullos; chismes; cosas; cositas; mercancías; productos; trabajos asuntos; cuestiones
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dingen regatear
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
waar auténtico; calculador; ciertamente; de veras; de verdad; efectivamente; efectivo; genuino; precisamente; verdaderamente; verdadero
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
waar dónde