Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. esqueleto:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor esqueleto (Spaans) in het Nederlands

esqueleto:

esqueleto [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el esqueleto (huesos)
    het skelet; de botten; het gebeente
    • skelet [het ~] zelfstandig naamwoord
    • botten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • gebeente [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. el esqueleto (armadura)
    het geraamte; de karkas
    • geraamte [het ~] zelfstandig naamwoord
    • karkas [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. el esqueleto
    het skelet; bottenbouw
  4. el esqueleto (armazón; armadura)
    de chassis; het geraamte
    • chassis [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • geraamte [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. el esqueleto (osamenta)
    knekelman

Vertaal Matrix voor esqueleto:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
botten esqueleto; huesos
bottenbouw esqueleto
chassis armadura; armazón; esqueleto armazón; bastidor; chasis; soporte; tren de rodado
gebeente esqueleto; huesos
geraamte armadura; armazón; esqueleto armadura; armazón; bastidor; estructura; marco
karkas armadura; esqueleto pieza en canal
knekelman esqueleto; osamenta
skelet esqueleto; huesos armadura; armazón; bastidor; estructura; marco

Verwante woorden van "esqueleto":

  • esqueletos

Synoniemen voor "esqueleto":


Wiktionary: esqueleto

esqueleto
noun
  1. samenstel van onderdelen dat het lichaam stevigheid geeft

Cross Translation:
FromToVia
esqueleto geraamte; skelet frame — structure of a person's body
esqueleto skelet; geraamte skeleton — system that provides support to an organism
esqueleto skelet; vel over vlees skeleton — very thin person
esqueleto geraamte; karkas; skelet squelette — anatomie|fr Ensemble des os d’un organisme vertébré.