Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal haz

Vertaal haz van Spaans naar Nederlands

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

haz:
- bos; bosland; geboomte; woud; schelf
Wiktionary:
- haz → bundel, spierbundel, schoof, bos, cluster, lichtbundel

Spaans

Uitgebreide vertaling voor haz (Spaans) in het Nederlands

haz:

haz [el ~] zelfstandig naamwoord

el haz (bosque; arboleda; manojo)
het bos
– heleboel bomen bij elkaar ¹
- bos [het ~] zelfstandig naamwoord
  - we maakten een wandeling in het bos¹
het bosland; het geboomte; het woud
- bosland [het ~] zelfstandig naamwoord
- geboomte [het ~] zelfstandig naamwoord
- woud [het ~] zelfstandig naamwoord
el haz
de schelf
- schelf [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor haz:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bos	arboleda; bosque; haz; manojo	fajo; fardo; lío; monte; paquete
bosland	arboleda; bosque; haz; manojo
geboomte	arboleda; bosque; haz; manojo
schelf	haz
woud	arboleda; bosque; haz; manojo	selva

Verwante woorden van "haz":

haces

Synoniemen voor "haz":

fajo; manojo; atado; puñado
gavilla; hato

Wiktionary: haz

Cross Translation:

From	To	Via
• haz	→ bundel	↔ bundle — group of objects held together by wrapping or tying
• haz	→ spierbundel	↔ bundle — biology: cluster of closely bound muscle or nerve fibres
• haz	→ schoof	↔ sheaf — bundle of grain or straw
• haz	→ schoof	↔ sheaf — mathematical construct
• haz	→ bos; bundel	↔ Bündel — etwas Zusammengebundenes; aneinander gebundene Gegenstände
• haz	→ bundel; cluster	↔ faisceau — Assemblage
• haz	→ lichtbundel	↔ faisceau — (Physique)

Verwante vertalingen van haz

¹Muiswerk Woordenboek