Hijo de puta in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

hijo de puta:
- kuttenkop; hoerenjong; pleurislijder; pleurislijer; smeerlap; klootzak; schoft; loeder; ploert; oetlul; sodemieter; schijtbak
Wiktionary:
- hijo de puta → hoerenjong, hoerenkind
- hijo de puta → hoerenjong, bastaard, mogool, kankerlijer, moederneuker, klootzak, klojo, hoerenzoon, hoerenkind

Spaans

Uitgebreide vertaling voor hijo de puta (Spaans) in het Nederlands

el hijo de puta (cabrón; canalla)
de kuttenkop; het hoerenjong; de pleurislijder; pleurislijer; de smeerlap; de klootzak; de schoft; de loeder; de ploert
- kuttenkop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- hoerenjong [het ~] zelfstandig naamwoord
- pleurislijder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- pleurislijer [znw.] zelfstandig naamwoord
- smeerlap [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- klootzak [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- schoft [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- loeder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- ploert [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el hijo de puta (cabrón; gilipollas; polla; buche; saco; bruto; gilipuertas; picha; granuja; imbécil; tronera; patán)
de oetlul
- oetlul [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el hijo de puta (sodomita; cabrón; buche; tronera; polla; gilipollas; saco; bruto; picha; granuja; imbécil; patán; gilipuertas)
de sodemieter
- sodemieter [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el hijo de puta (cagón; cagueta; cagajón)
schijtbak
- schijtbak [znw.] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hoerenjong	cabrón; canalla; hijo de puta
klootzak	cabrón; canalla; hijo de puta	ala; bellaco; bruto; cateto; gamberro; granuja; grosero; mal educado; mentecato; paleto; palurdo; patán; pedazo de animal; persona torpe; tonto; torpe
kuttenkop	cabrón; canalla; hijo de puta
loeder	cabrón; canalla; hijo de puta	arpía; bruja; mala bestia; marimacho
oetlul	bruto; buche; cabrón; gilipollas; gilipuertas; granuja; hijo de puta; imbécil; patán; picha; polla; saco; tronera
pleurislijder	cabrón; canalla; hijo de puta
pleurislijer	cabrón; canalla; hijo de puta
ploert	cabrón; canalla; hijo de puta
schijtbak	cagajón; cagueta; cagón; hijo de puta
schoft	cabrón; canalla; hijo de puta	bellaco; bribón; cabrón; cruz; desgraciado; granuja; hombro; mal bicho; mala bestia; miserable; tunante
smeerlap	cabrón; canalla; hijo de puta	asqueroso; bellaco; bribón; cabrón; cerdo; cochino; desgraciado; granuja; guarro; mal bicho; mala bestia; marrano; miserable; puerco; tunante
sodemieter	bruto; buche; cabrón; gilipollas; gilipuertas; granuja; hijo de puta; imbécil; patán; picha; polla; saco; sodomita; tronera

hijo de puta

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• hijo de puta	→ hoerenjong; bastaard	↔ bastard — contemptible etc. person
• hijo de puta	→ mogool; kankerlijer; moederneuker	↔ motherfucker — generic term of abuse
• hijo de puta	→ klootzak	↔ son of a bitch — objectionable person
• hijo de puta	→ hoerenjong	↔ son of a whore — objectionable person
• hijo de puta	→ klojo	↔ Hurensohn — Schimpfwort: beleidigende Titulierung eines Mannes
• hijo de puta	→ bastaard; hoerenzoon	↔ bâtard — (vieilli) enfant né hors mariage.
• hijo de puta	→ hoerenkind; hoerenzoon; klojo; klootzak	↔ fils de putain — (vulgaire) enfant de prostituée.
• hijo de puta	→ hoerenkind; hoerenzoon	↔ fils de pute — Enfant de prostituée
• hijo de puta	→ hoerenzoon; klojo; klootzak	↔ fils de pute — Personne méprisable