Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. navegación:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor navegación (Spaans) in het Nederlands

navegación:

navegación [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la navegación
    de navigatie; de zeevaart; de scheepvaart
  2. la navegación
    navigeren
  3. la navegación (celeridad; tiempo; ritmo; )
    de rijsnelheid
  4. la navegación (arte de navegar; navegaciones)
    de stuurmanskunst

Vertaal Matrix voor navegación:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
navigatie navegación
navigeren navegación
rijsnelheid celeridad; embarcación; incidente; marcha; navegación; pretexto; prisa; prontitud; rapidez; ritmo; tempo; tiempo; velocidad; velocidad de marcha
scheepvaart navegación
stuurmanskunst arte de navegar; navegaciones; navegación
zeevaart navegación navegación marítima
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
navigeren navegar; navigar; pilotar; volar

Synoniemen voor "navegación":


Wiktionary: navegación

navegación
noun
  1. economie|nldscheepvaart|nld verouderd|nld het scheepvaartverkeer
  2. het verkeer op het water
  3. het varen, het bedrijven van scheepvaart als beroep

Cross Translation:
FromToVia
navegación zeilen sailing — motion across water

Verwante vertalingen van navegación