Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. recapitulado:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor recapitulado (Spaans) in het Nederlands

recapitulado:

recapitulado bijvoeglijk naamwoord

  1. recapitulado (conciso; breve; sucinto; resumido; en resumen)
    bondig; kort
    • bondig bijvoeglijk naamwoord
    • kort bijvoeglijk naamwoord
  2. recapitulado (conciso; breve; resumido; sucinto; en resumen)
    beknopt; summier

Vertaal Matrix voor recapitulado:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beknopt breve; conciso; en resumen; recapitulado; resumido; sucinto abreviado; acortado; breve
bondig breve; conciso; en resumen; recapitulado; resumido; sucinto conciso; sucinto
kort breve; conciso; en resumen; recapitulado; resumido; sucinto
summier breve; conciso; en resumen; recapitulado; resumido; sucinto conciso; sucinto