Spaans

Uitgebreide vertaling voor revisar (Spaans) in het Nederlands

revisar:

revisar werkwoord

  1. revisar (rever; reformar)
    herzien; hervormen; reformeren
    • herzien werkwoord (herzie, herziet, herzag, herzagen, herzien)
    • hervormen werkwoord (hervorm, hervormt, hervormde, hervormden, hervormd)
    • reformeren werkwoord (reformeer, reformeert, reformeerde, reformeerden, gereformeerd)
  2. revisar (examinar; tomar; reconocer; )
    controleren; inspecteren; examineren; schouwen; keuren
    • controleren werkwoord (controleer, controleert, controleerde, controleerden, gecontroleerd)
    • inspecteren werkwoord (inspecteer, inspecteert, inspecteerde, inspecteerden, geïnspecteerd)
    • examineren werkwoord (examineer, examineert, examineerde, examineerden, geëxamineerd)
    • schouwen werkwoord (schouw, schouwt, schouwde, schouwden, geschouwd)
    • keuren werkwoord (keur, keurt, keurde, keurden, gekeurd)
  3. revisar
    reviseren
    • reviseren werkwoord (reviseer, reviseert, reviseerde, reviseerden, gereviseerd)
  4. revisar
    controleren
    • controleren werkwoord (controleer, controleert, controleerde, controleerden, gecontroleerd)

Conjugations for revisar:

presente
  1. reviso
  2. revisas
  3. revisa
  4. revisamos
  5. revisáis
  6. revisan
imperfecto
  1. revisaba
  2. revisabas
  3. revisaba
  4. revisábamos
  5. revisabais
  6. revisaban
indefinido
  1. revisé
  2. revisaste
  3. revisó
  4. revisamos
  5. revisasteis
  6. revisaron
fut. de ind.
  1. revisaré
  2. revisarás
  3. revisará
  4. revisaremos
  5. revisaréis
  6. revisarán
condic.
  1. revisaría
  2. revisarías
  3. revisaría
  4. revisaríamos
  5. revisaríais
  6. revisarían
pres. de subj.
  1. que revise
  2. que revises
  3. que revise
  4. que revisemos
  5. que reviséis
  6. que revisen
imp. de subj.
  1. que revisara
  2. que revisaras
  3. que revisara
  4. que revisáramos
  5. que revisarais
  6. que revisaran
miscelánea
  1. ¡revisa!
  2. ¡revisad!
  3. ¡no revises!
  4. ¡no reviséis!
  5. revisado
  6. revisando
1. yo, 2. tú, 3. él/ella/usted, 4. nosotros/nosotras, 5. vosotros/vosotras, 6. ellos/ellas/ustedes

Vertaal Matrix voor revisar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
controleren auditoría; controlar; sondeo
keuren reconocimiento
schouwen chimeneas; tubos de la chimenea
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
controleren contestar; examinar; grabar; inspeccionar; pasar revista a; prosperar; reconocer; revisar; rodar; tomar analizar; auditar; auditoría; averiguar; calcular; cheqear; comprobar; controlar; verificar
examineren contestar; examinar; grabar; inspeccionar; pasar revista a; prosperar; reconocer; revisar; rodar; tomar chequear; comprobar; examinar; hacer una prueba escrita; investigar; someter a prueba
hervormen reformar; rever; revisar reformar; reorganizar
herzien reformar; rever; revisar alterar; alternar; cambiar; cambiar por; convertir; convertirse en; corregir; desarrollar; desarrollarse; desplegar; elaborar; enmendar; evolucionar; extraer; fabricar; instruir; mejorar; modificar; perfeccionar; rectificar; reformar; rehabilitar; remendar; renovar; reparar; revelar; transformar; variar
inspecteren contestar; examinar; grabar; inspeccionar; pasar revista a; prosperar; reconocer; revisar; rodar; tomar abarcar con la vista; controlar; examinar; inspeccionar; ir a ver; pasar revista a; repasar; verificar; visitar
keuren contestar; examinar; grabar; inspeccionar; pasar revista a; prosperar; reconocer; revisar; rodar; tomar aquilatar; buscar; catar; comprobar; controlar; corregir; ensayar; examinar; inspeccionar; mirar; pasar revista a; probar; repasar; someter a prueba; verificar
reformeren reformar; rever; revisar reformar; reorganizar
reviseren revisar
schouwen contestar; examinar; grabar; inspeccionar; pasar revista a; prosperar; reconocer; revisar; rodar; tomar inspeccionar; mirar; observar

Synoniemen voor "revisar":


Wiktionary: revisar

revisar
verb
  1. inspecteren, toezicht houden, onderzoeken, nazien
  2. dóórzien, vluchtig iets lezen
  3. opnieuw naar iets kijken om veranderingen aan te brengen
  4. grondig en nauwkeurig bekijken

Cross Translation:
FromToVia
revisar herzien revise — to review, alter and amend, especially of written material
revisar aflezen; checken; controleren; nakijken; surveilleren; toezien vérifierexaminer, rechercher si une chose est vraie, si elle est telle qu’elle doit être ou qu’on l’déclarer.

Verwante vertalingen van revisar