Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Vertaal victoria

Vertaal victoria van Spaans naar Nederlands

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

victoria:
- overwinning; triomf; zege; zegepraal
Wiktionary:
- victoria → overwinning, zege
- victoria → zege, overwinning

Spaans

Uitgebreide vertaling voor victoria (Spaans) in het Nederlands

victoria:

victoria [la ~] zelfstandig naamwoord

la victoria (triunfo)
de overwinning; de triomf; de zege
- overwinning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- triomf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- zege [de ~] zelfstandig naamwoord
la victoria (triunfo)
de triomf; de zegepraal
- triomf [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- zegepraal [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor victoria:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
overwinning	triunfo; victoria
triomf	triunfo; victoria
zege	triunfo; victoria
zegepraal	triunfo; victoria

Verwante woorden van "victoria":

victorias

Synoniemen voor "victoria":

gloria; fama; reputación; honor; renombre; celebridad; notoriedad; popularidad; prestigio; éxito; triunfo
laurel; premio; lauro; corona; recompensa; honra; homenaje
trofeo; vencimiento; conquista

Wiktionary: victoria

victoria

noun

een zege, triomf
- overwinning → victoria; triunfo
overwinning, victorie
- zege → triunfo; victoria

Cross Translation:

From	To	Via
• victoria	→ zege; overwinning	↔ Sieg — das Gewinnen eines (Wett-) Kampfes
• victoria	→ overwinning; zege	↔ victory — an instance of having won a competition or battle

Verwante vertalingen van victoria