Home ->Woordenboeken ->Spaans/Nederlands ->Zoek: otoño

Spaanse en Nederlandse zoekresultaten voor: otoño

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

otoño:
- herfst; najaar; herfsttijd
Wiktionary:
- otoño → herfst, najaar
- otoño → herfst, najaar

Spaans

Uitgebreide vertaling voor otoño (Spaans) in het Nederlands

otoño:

otoño [el ~] zelfstandig naamwoord

el otoño
de herfst; het najaar
- herfst [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- najaar [het ~] zelfstandig naamwoord
el otoño
de herfsttijd
- herfsttijd [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor otoño:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
herfst	otoño
herfsttijd	otoño
najaar	otoño

Verwante woorden van "otoño":

otoños

Wiktionary: otoño

otoño

noun

seizoen
- herfst → otoño
herfst
- najaar → otoño

Cross Translation:

From	To	Via
• otoño	→ herfst; najaar	↔ autumn — season
• otoño	→ herfst; najaar	↔ automne — Saison

Verwante vertalingen van otoño