Spaans
Uitgebreide vertaling voor variable (Spaans) in het Zweeds
variable:
-
variable (versátil)
växlande; föränderlig; ombytligt; föränderligt; variabelt; växlandet-
växlande bijvoeglijk naamwoord
-
föränderlig bijvoeglijk naamwoord
-
ombytligt bijvoeglijk naamwoord
-
föränderligt bijvoeglijk naamwoord
-
variabelt bijvoeglijk naamwoord
-
växlandet bijvoeglijk naamwoord
-
-
variable (variado; inestable; cambiante; vacilante; inconstante)
variabel; ostadig; ostadigt; föränderlig; ombytligt; föränderligt; växlandet-
variabel bijvoeglijk naamwoord
-
ostadig bijvoeglijk naamwoord
-
ostadigt bijvoeglijk naamwoord
-
föränderlig bijvoeglijk naamwoord
-
ombytligt bijvoeglijk naamwoord
-
föränderligt bijvoeglijk naamwoord
-
växlandet bijvoeglijk naamwoord
-
-
variable (inestable; cambiante; inconstante)
inte uppklarad; inte uppklarat-
inte uppklarad bijvoeglijk naamwoord
-
inte uppklarat bijvoeglijk naamwoord
-
-
variable (cambiante; sospechoso; cuestionable; variado; inestable)
-
variable (varios; diferentes; diversos; diversas; distintos)
-
variable (inestable; lábil; tambaleante; versátil; cambiante; inconstante; poco consistente)
Vertaal Matrix voor variable:
Verwante woorden van "variable":
Synoniemen voor "variable":
Wiktionary: variable
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• variable | → flexibel; föränderlig; reglerbar; rörlig; ställbar; variabel | ↔ variable — able to vary |
• variable | → ombytlig; ostadig; växlande | ↔ variable — likely to vary |
• variable | → variabel | ↔ variable — something that is variable |
• variable | → variabel | ↔ variable — mathematics: a quantity that may assume any one of a set of values |
Computer vertaling door derden: