Home ->Woordenboeken ->Spaans/Zweeds ->Zoek: brazo

Spaanse en Zweedse zoekresultaten voor: brazo

Overzicht

Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...

brazo:
- eker; hjuleker
Wiktionary:
- brazo → arm, stöd, armstöd, ryggstöd, överarm

Spaans

Uitgebreide vertaling voor brazo (Spaans) in het Zweeds

brazo:

brazo [el ~] zelfstandig naamwoord

el brazo (rayo)
eker; hjuleker
- eker [-en] zelfstandig naamwoord
- hjuleker zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor brazo:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
eker	brazo; rayo	radio de una rueda
hjuleker	brazo; rayo

Verwante woorden van "brazo":

braza, brazas

Synoniemen voor "brazo":

agalludo; valiente; valeroso; osado; audaz
apoyo; ayuda; auxilio; protección; protector; valedor; bienhechor; benefactor; mecenas; padrino
estamento; clase; estado
grúa; aguilón; puntal; torno; molinete
miembro; articulación; extremidad; remo; rama

Wiktionary: brazo

Cross Translation:

From	To	Via
• brazo	→ arm	↔ arm — portion of the upper appendage from shoulder to wrist
• brazo	→ stöd	↔ rest — object designed to be used to support something else
• brazo	→ armstöd; ryggstöd	↔ Lehne — Sitzmöbelteil, an den man sich anlehnen oder auf den man sich stützen kann
• brazo	→ överarm	↔ Oberarm — oberer Teil des Arms vom Ellenbogen bis zur Schulter
• brazo	→ arm	↔ Arm — Anatomie: ein paariges Körperteil beim Menschen, das sich zwischen Rumpf und Hand befindet; Vorderextremität
• brazo	→ arm	↔ arm — lichaamsdeel
• brazo	→ arm	↔ bras — Membre

Verwante vertalingen van brazo