Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. orador:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor orador (Spaans) in het Zweeds

orador:

orador [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el orador (lector)
    talare; föredragshållare
  2. el orador (predicador; cura; pastor; )
    förkunnare; predikare

Vertaal Matrix voor orador:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
föredragshållare lector; orador
förkunnare cura; orador; pastor; pastor protestante; precursor; predecesor; predicador; párroco
predikare cura; orador; pastor; pastor protestante; precursor; predecesor; predicador; párroco
talare lector; orador altavoz; conferenciante; hablante; introductor; ponente; speaker

Verwante woorden van "orador":


Synoniemen voor "orador":


Wiktionary: orador


Cross Translation:
FromToVia
orador bedjare; förbedjare prayer — one who prays