Home ->Woordenboeken ->Spaans/Zweeds ->Vertaal suceso

Vertaal suceso van Spaans naar Zweeds

Overzicht

Spaans naar Zweeds: Meer gegevens...

suceso:
- händelse; tillfälle; incident
Wiktionary:
- suceso → evenemang, händelse, begivenhet, tilldragelse

Spaans

Uitgebreide vertaling voor suceso (Spaans) in het Zweeds

suceso:

suceso [el ~] zelfstandig naamwoord

el suceso (acto; hecho; incidente; trato; objeto de discusión; negocio; transacción; cuestión; tópico; disputa; materia de discusión)
händelse
- händelse [-en] zelfstandig naamwoord
el suceso (incidente; caso; acontecimiento; armatoste; chisme; asunto poco claro)
tillfälle; incident; händelse
- tillfälle [-ett] zelfstandig naamwoord
- incident [-en] zelfstandig naamwoord
- händelse [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor suceso:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
händelse	acontecimiento; acto; armatoste; asunto poco claro; caso; chisme; cuestión; disputa; hecho; incidente; materia de discusión; negocio; objeto de discusión; suceso; transacción; trato; tópico	evento; evento de programa; los acontecimientos; suceder
incident	acontecimiento; armatoste; asunto poco claro; caso; chisme; incidente; suceso	incidente; los acontecimientos
tillfälle	acontecimiento; armatoste; asunto poco claro; caso; chisme; incidente; suceso

Verwante woorden van "suceso":

sucesos

Synoniemen voor "suceso":

anécdota; historieta; relato; cuento; chascarrillo; sucedido; lance
escena; cuadro; imagen; estampa
evento; acontecimiento; episodio; hecho; incidente; caso; asunto; trance; percance

Wiktionary: suceso

Cross Translation:

From	To	Via
• suceso	→ evenemang; händelse	↔ event — occurrence of social or personal importance
• suceso	→ begivenhet	↔ Begebenheit — etwas, das sich ereignet hat
• suceso	→ händelse; tilldragelse	↔ Ereignis — ein - meist bedeutsames - Geschehen oder Erlebnis