Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. sustancia:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor sustancia (Spaans) in het Zweeds

sustancia:

sustancia [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la sustancia (materia)
    material
  2. la sustancia (mortero; cemento)
    mortel
    • mortel [-en] zelfstandig naamwoord
  3. la sustancia
    fråga; sak; substans
    • fråga [-en] zelfstandig naamwoord
    • sak [-en] zelfstandig naamwoord
    • substans [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor sustancia:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fråga sustancia asunto; consulta; cuestión; instancia; interpelación; materia de discusión; objeto de discusión; petición; pregunta; ruego; solicitud; tema; tópico
material materia; sustancia material
mortel cemento; mortero; sustancia almirez; argamasa; cemento; mortero
sak sustancia asunto; causa; cosa; cuestión; materia de discusión; motivo; objeto de discusión; razón; tema; tópico
substans sustancia
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fråga averiguar; examinar; explorar; explorar a fondo; investigar; preguntar; preguntarse; rogar; suplicar

Synoniemen voor "sustancia":


Wiktionary: sustancia


Cross Translation:
FromToVia
sustancia marshmallow marshmallow — confectionery
sustancia ämne; substans substance — matter
sustancia substans substance — essential part
sustancia resurs substance — considerable wealth
sustancia ämne Stoff — das Material, die Materie

Verwante vertalingen van sustancia