Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. lepra:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. lepra:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor lepra (Spaans) in het Zweeds

lepra:

lepra [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la lepra (jeta; gafedad)
    lepra
    • lepra [-en] zelfstandig naamwoord
  2. la lepra
    spetälska; lepra

Vertaal Matrix voor lepra:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lepra gafedad; jeta; lepra
spetälska lepra leprosas; leprosos

Verwante woorden van "lepra":

  • lepras

Synoniemen voor "lepra":

  • malatía; lacería; albarazo

Wiktionary: lepra


Cross Translation:
FromToVia
lepra spetälska; lepra leprosy — infectious disease caused by infection by Mycobacterium leprae
lepra spetälska; lepra; Hansens sjukdom LepraMedizin: chronische bakterielle Infektionskrankheit der Haut, Schleimhäute und Nervenzellen



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor lepra (Zweeds) in het Spaans

lepra:

lepra [-en] zelfstandig naamwoord

  1. lepra (spetälska)
    la lepra
    • lepra [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. lepra
    la lepra; la jeta; la gafedad
    • lepra [la ~] zelfstandig naamwoord
    • jeta [la ~] zelfstandig naamwoord
    • gafedad [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lepra:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gafedad lepra
jeta lepra fejs; nylle
lepra lepra; spetälska

Synoniemen voor "lepra":


Wiktionary: lepra


Cross Translation:
FromToVia
lepra lepra leprosy — infectious disease caused by infection by Mycobacterium leprae
lepra lepra; enfermedad de Hansen LepraMedizin: chronische bakterielle Infektionskrankheit der Haut, Schleimhäute und Nervenzellen