Overzicht
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. immigration:
  2. Wiktionary:
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Immigration:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor immigration (Frans) in het Duits

immigration:

immigration [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'immigration
    die Immigration; die Einwanderung
  2. l'immigration
    die Einwanderung

Vertaal Matrix voor immigration:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Einwanderung immigration
Immigration immigration

Synoniemen voor "immigration":


Wiktionary: immigration

immigration
noun
  1. action d’immigrer.
immigration
noun
  1. Soziologie: die dauerhafte Verlegung des Wohnsitzes einer oder mehrerer Personen in ein anderes Gebiet (Stadt, Land, Staat)
  2. dauerhafte Niederlassung in einem fremden Land

Cross Translation:
FromToVia
immigration Immigration; Einwanderung immigration — the act of immigrating
immigration Immigration; Einwanderung immigratie — het zich metterwoon vestigen van vreemdelingen in een land

Verwante vertalingen van immigration



Duits

Uitgebreide vertaling voor immigration (Duits) in het Frans

Immigration:

Immigration [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Immigration (Einwanderung)
    l'immigration

Vertaal Matrix voor Immigration:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
immigration Einwanderung; Immigration Einwanderung

Synoniemen voor "Immigration":


Wiktionary: Immigration


Cross Translation:
FromToVia
Immigration immigration immigration — the act of immigrating
Immigration immigration immigratie — het zich metterwoon vestigen van vreemdelingen in een land