Dette: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

dette:
- Schuld; Geldschuld; Debet; Soll; Debetsaldo
Wiktionary:
- dette → Schuld, Ausstand, Verpflichtung
- dette → Schuld, Verbindlichkeit, Verpflichtung, Schulden

Frans

Uitgebreide vertaling voor dette (Frans) in het Duits

la dette
die Schuld
- Schuld [die ~] zelfstandig naamwoord
la dette
die Schuld; die Geldschuld
- Schuld [die ~] zelfstandig naamwoord
- Geldschuld [die ~] zelfstandig naamwoord
la dette
die Geldschuld
- Geldschuld [die ~] zelfstandig naamwoord
la dette (dette auprès de la banque; débit; découvert; doit)
Debet; die Schuld; Soll; der Debetsaldo
- Debet [das ~] zelfstandig naamwoord
- Schuld [die ~] zelfstandig naamwoord
- Soll [das ~] zelfstandig naamwoord
- Debetsaldo [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Debet	dette; dette auprès de la banque; doit; débit; découvert
Debetsaldo	dette; dette auprès de la banque; doit; débit; découvert	solde débiteur
Geldschuld	dette
Schuld	dette; dette auprès de la banque; doit; débit; découvert	dettes
Soll	dette; dette auprès de la banque; doit; débit; découvert	débit

dette

noun

dette

noun

meist Plural Verpflichtung zu einer Leistung an einen Dritten, in Geld oder sonstigen Werten
- Schuld → dette

Cross Translation:

From	To	Via
• dette	→ Schuld; Verbindlichkeit; Verpflichtung	↔ debt — action, state of mind, or object one has an obligation to perform for another
• dette	→ Schulden; Verbindlichkeit	↔ debt — money that one person or entity owes or is required to pay to another
• dette	→ Schuld	↔ schuld — een geldbedrag dat ondanks de verplichting daartoe niet betaald wordt