Home ->Woordenboeken ->Frans/Duits ->Zoek: poil

Franse en Duitse zoekresultaten voor: poil

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

poil:
- Pelz; Pelzwerk; Haut; Fell; Bartstoppeln; Stoppel
à poil:
- bloß; nackt; entblößt; fasernackt; splitternackt; pudelnackt; mutternackt
Wiktionary:
- poil → Haar
- poil → Haaresbreite, Zoll
- à poil → splitternackt, splitterfasernackt

Frans

Uitgebreide vertaling voor poil (Frans) in het Duits

poil:

poil [le ~] zelfstandig naamwoord

le poil (pelage; fourrure; toison)
der Pelz; Pelzwerk
- Pelz [der ~] zelfstandig naamwoord
- Pelzwerk [das ~] zelfstandig naamwoord
le poil (peau; pelage; chair)
die Haut; Fell; der Pelz
- Haut [die ~] zelfstandig naamwoord
- Fell [das ~] zelfstandig naamwoord
- Pelz [der ~] zelfstandig naamwoord
le poil (chaume)
die Bartstoppeln; die Stoppel
- Bartstoppeln [die ~] zelfstandig naamwoord
- Stoppel [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor poil:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Bartstoppeln	chaume; poil
Fell	chair; peau; pelage; poil	membrane; peau
Haut	chair; peau; pelage; poil	membrane; peau
Pelz	chair; fourrure; peau; pelage; poil; toison
Pelzwerk	fourrure; pelage; poil; toison	fourrure; pelisse; tour de cou
Stoppel	chaume; poil

Synoniemen voor "poil":

bourre; duvet; jarre; feutre; fourrure; toison; pelage; pelleterie; peau; pelisse; manteau; étole; parement; manchon; hermine; pichet; cruche; pot; vase; laine; robe; crin; cil; sourcil; moustache; cheveu; chevelure

Wiktionary: poil

poil

noun

zoologie|fr filet délié qui croît sur la peau de la plupart des mammifères et à certains endroits du corps humain.
- poil → Haar

poil

noun

Botanik, meist im Plural: haarartige Gebilde an Pflanzenteilen
- Haar → poil
Hornfäden, die auf dem Körper von Menschen und Säugetieren wachsen
- Haar → poil; cheveu

Cross Translation:

From	To	Via
• poil	→ Haaresbreite	↔ hair — one of the above-mentioned filaments
• poil	→ Zoll	↔ inch — unspecified but very short distance

à poil:

à poil bijvoeglijk naamwoord

à poil (nu; dépouillé; dénudé; tout nu)
bloß; nackt; entblößt
- bloß bijvoeglijk naamwoord
- nackt bijvoeglijk naamwoord
- entblößt bijvoeglijk naamwoord
à poil
fasernackt; splitternackt; pudelnackt; mutternackt
- fasernackt bijvoeglijk naamwoord
- splitternackt bijvoeglijk naamwoord
- pudelnackt bijvoeglijk naamwoord
- mutternackt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor à poil:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bloß	dénudé; dépouillé; nu; tout nu; à nu; à poil	seulement; uniquement
entblößt	dénudé; dépouillé; nu; tout nu; à nu; à poil	découvert; mis à nu
fasernackt	à poil
mutternackt	à poil
nackt	dénudé; dépouillé; nu; tout nu; à nu; à poil	déshabillé; sans revêtement
pudelnackt	à poil
splitternackt	à poil

Wiktionary: à poil

à poil

adjective

Sans vêtements, nu
- à poil → splitternackt

à poil

adjective

(umgangssprachlich) völlig nackt, unbekleidet
- splitterfasernackt; splitternackt → nu comme un ver; à poil

Verwante vertalingen van poil