Gourmand in het Duits vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

gourmand:
- Schleckermaul; Schlemmer; Leckermäulchen; Gastronom; Feinschmecker; Süßmaul; Leckermaul; Freßsack; Vielfraß; Nimmersatt
- begierig auf; versessen auf
Wiktionary:
- gourmand → gefräßig, schleckig
- gourmand → Vielfraß, Nimmersatt, gefräßig, unersättlich, Feinschmecker, Gourmet, Feinschmeckerin, Genießer, Wasserreis

Frans

Uitgebreide vertaling voor gourmand (Frans) in het Duits

le gourmand (gourmet; lécheur; lécheuse; fin bec; gastronome; fine bouche; connaisseur)
Schleckermaul; der Schlemmer; Leckermäulchen; der Gastronom; der Feinschmecker; der Süßmaul; Leckermaul
- Schleckermaul [das ~] zelfstandig naamwoord
- Schlemmer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Leckermäulchen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Gastronom [der ~] zelfstandig naamwoord
- Feinschmecker [der ~] zelfstandig naamwoord
- Süßmaul [der ~] zelfstandig naamwoord
- Leckermaul [das ~] zelfstandig naamwoord
le gourmand (goinfre; goulu; glouton)
der Freßsack; der Vielfraß; der Nimmersatt
- Freßsack [der ~] zelfstandig naamwoord
- Vielfraß [der ~] zelfstandig naamwoord
- Nimmersatt [der ~] zelfstandig naamwoord

gourmand (fou; friand)
begierig auf; versessen auf
- begierig auf bijvoeglijk naamwoord
- versessen auf bijvoeglijk naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Feinschmecker	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse
Freßsack	glouton; goinfre; goulu; gourmand	bon gros; boulot; boulotte; gros lard; gros pataud; gros plein de soupe; grosse dondon; patapouf
Gastronom	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse	bec fin; connaisseur; fine bouche; gastronome; gourmet
Leckermaul	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse
Leckermäulchen	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse
Nimmersatt	glouton; goinfre; goulu; gourmand
Schleckermaul	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse	amateur de sucreries
Schlemmer	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse	gastronomes; goinfres; gourmands; gourmets
Süßmaul	connaisseur; fin bec; fine bouche; gastronome; gourmand; gourmet; lécheur; lécheuse	amateur de sucreries
Vielfraß	glouton; goinfre; goulu; gourmand
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
begierig auf	fou; friand; gourmand
versessen auf	fou; friand; gourmand

gourmand

adjective

gourmand

adjective

schwäbisch-alemannisch: naschhaft, wählerisch was den Essgeschmack angeht
- schleckig → gourmand

Cross Translation:

From	To	Via
• gourmand	→ Vielfraß; Nimmersatt	↔ glutton — one who eats voraciously
• gourmand	→ gefräßig; unersättlich	↔ gluttonous — given to excessive eating; prone to overeating
• gourmand	→ Feinschmecker; Gourmet; Feinschmeckerin	↔ gourmand — a person who appreciates good food
• gourmand	→ Feinschmecker; Feinschmeckerin; Genießer; Gourmet	↔ gourmet — gourmet; a person who appreciates good food
• gourmand	→ Wasserreis	↔ waterloot — dunne, snelgroeiende loot aan een oude tak of aan de stam van een boom