Overzicht
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. impôt:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor impôt (Frans) in het Duits

impôt:

impôt [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'impôt (impôts; taxes; taxe; contribution)
    die Steuer; die Taxe; die Gebühr; die Abgabe
    • Steuer [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Taxe [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Gebühr [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Abgabe [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'impôt (impôt sur la circulation; péage; taxe automobile; )
    die Kraftfahrzeugsteuer
  3. l'impôt (taxes; impôts; perceptions; )
    die Steuern
    • Steuern [die ~] zelfstandig naamwoord
  4. l'impôt (bureau des contributions; impôts; fisc; )
    Steueramt; der Fiskus; die Steuer
    • Steueramt [das ~] zelfstandig naamwoord
    • Fiskus [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Steuer [die ~] zelfstandig naamwoord
  5. l'impôt (impôt national)
    die Staatssteuer
  6. l'impôt
    die Steuer
    • Steuer [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor impôt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Abgabe contribution; impôt; impôts; taxe; taxes dose; dépôt; part; portion; remise
Fiskus bureau des contributions; charge; fisc; imposition; impôt; impôts; levées; perception; perceptions; prélèvements; redevances; taxe; taxes
Gebühr contribution; impôt; impôts; taxe; taxes coûts; droits; droits d'expédition; frais; levée; liste des prix; liste des tarifs; perception; prélèvement; redevance
Kraftfahrzeugsteuer impôt; impôt sur la circulation; prélèvement; péage; taxe; taxe automobile; vignette taxe sur les véhicules
Staatssteuer impôt; impôt national
Steuer bureau des contributions; charge; contribution; fisc; imposition; impôt; impôts; levées; perception; perceptions; prélèvements; redevances; taxe; taxes appareil à gouverner; commande; commande de direction; coûts; droits; droits d'expédition; frais; gouvernail; gouverne; guidon; levier de commande; levée; perception; prélèvement; redevance; roue de gouvernail; volant de direction
Steueramt bureau des contributions; charge; fisc; imposition; impôt; impôts; levées; perception; perceptions; prélèvements; redevances; taxe; taxes bureau de perception
Steuern charge; fisc; imposition; impôt; impôts; levées; perceptions; prélèvements; redevances; taxes
Taxe contribution; impôt; impôts; taxe; taxes coûts; droits; droits d'expédition; frais; levée; perception; prélèvement; redevance; valeur estimative

Synoniemen voor "impôt":


Wiktionary: impôt

impôt
noun
  1. charge public, droit imposer sur certaines choses.

Cross Translation:
FromToVia
impôt Steuer tax — money paid to government

Verwante vertalingen van impôt