Home ->Woordenboeken ->Frans/Duits ->Vertaal possesseur

Vertaal possesseur van Frans naar Duits

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

possesseur:
- Besitzer; Eigentümer; Inhaber; Besitzerin; Eigentümerin; Lizenzinhaber; Inhaberin
Wiktionary:
- possesseur → Besitzer
- possesseur → Besitzer, Inhaber

Frans

Uitgebreide vertaling voor possesseur (Frans) in het Duits

possesseur:

possesseur [le ~] zelfstandig naamwoord

le possesseur (propriétaire; titulaire; porteur; détenteur; conteneur; tenancier; container; titulaire d'une licence)
der Besitzer; der Eigentümer; der Inhaber; die Besitzerin; der Eigentümerin; der Lizenzinhaber; die Inhaberin
- Besitzer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Eigentümer [der ~] zelfstandig naamwoord
- Inhaber [der ~] zelfstandig naamwoord
- Besitzerin [die ~] zelfstandig naamwoord
- Eigentümerin [der ~] zelfstandig naamwoord
- Lizenzinhaber [der ~] zelfstandig naamwoord
- Inhaberin [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor possesseur:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Besitzer	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence	défenseur; propriétaire
Besitzerin	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence	possesseuse; propriétaire
Eigentümer	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence
Eigentümerin	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence	possesseuse; propriétaire
Inhaber	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence	porteur; porteur d'une cheque ou d'une action; titulaire; titulaire d'une licence
Inhaberin	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence	possesseuse; propriétaire
Lizenzinhaber	container; conteneur; détenteur; porteur; possesseur; propriétaire; tenancier; titulaire; titulaire d'une licence	titulaire; titulaire d'une licence

Synoniemen voor "possesseur":

détenteur; propriétaire; tenant; receleur; détentrice; tenante; possédant; actionnaire; acquéreur; héritier; titulaire

Wiktionary: possesseur

possesseur

noun

Celui qui possède quelque chose
- possesseur → Besitzer
Groupe grammatical qui possède
- possesseur → Besitzer

possesseur

noun

Recht: die Person / Personen, die die tatsächliche Herrschaft über eine Sache ausüben
- Besitzer → propriétaire; possesseur

Cross Translation:

From	To	Via
• possesseur	→ Besitzer; Inhaber	↔ possessor — One who possesses

Verwante vertalingen van possesseur

possesseur de voiture