Overzicht
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. viveur:


Frans

Uitgebreide vertaling voor viveur (Frans) in het Duits

viveur:

viveur [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le viveur (bon vivant; noceur; bambocheur; vadrouilleur; vieux marcheur)
    der Bummler
    • Bummler [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor viveur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Bummler bambocheur; bon vivant; noceur; vadrouilleur; vieux marcheur; viveur abruti; cloche; fainéant; fêtard; misérable; nouille; paresseux

Synoniemen voor "viveur":