Home ->Woordenboeken ->Frans/Duits ->Zoek: surfer

Franse en Duitse zoekresultaten voor: surfer

Overzicht

Frans naar Duits: Meer gegevens...

surfer:
- Wiktionary:
  surfer → surfen
  surfer → wellenreiten, surfen

Duits naar Frans: Meer gegevens...

surfer:
- Wiktionary:
  Surfer → planchiste, surfeur, internaute
- Synoniemen voor "Surfer":
  Wellenreiter; Athlet; Sportler; Sportskanone; Sportsmann

Frans

Uitgebreide vertaling voor surfer (Frans) in het Duits

surfer: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

sur: an; auf; dazu; zum; zur; bei; nächst; via; sauer; herb; sauer schmeckend; säuerlich
fer: Eisen; Stahl; Eisenlagern
sûr: unbedingt; sicher; gewiß; ungezweifelt; zweifellos; zuverlässig; bekannt; gewohnt; solide; familiär; glaubhaft; glaubwürdig; solvabel; absolut; entschieden; entschlossen; mündig

Spelling Suggesties voor: surfer

surir; serrer; suer; super; sucrier; sucrer; sucer; surgir; soutier; singer

Wiktionary: surfer

surfer

verb

Sur internet
- surfer → surfen

surfer

verb

Wellen reiten auf einem Brett
- surfen → surfer

Cross Translation:

From	To	Via
• surfer	→ wellenreiten; surfen	↔ surf — to ride a wave
• surfer	→ surfen	↔ surf — to browse the Internet

Computer vertaling door derden:

Duits

Uitgebreide vertaling voor surfer (Duits) in het Frans

Spelling Suggesties voor: surfer

surfe; surfen; surften; surftet; surfte; surfst; surre; surft; super; surren

Surfer:

Synoniemen voor "Surfer":

Wellenreiter; Athlet; Sportler; Sportskanone; Sportsmann

Wiktionary: Surfer

Surfer

noun

Windsurfer
- Surfer → planchiste; surfeur
Wellenreiter
- Surfer → surfeur; planchiste
jemand, der (meist privat) im Internet (Web) unterwegs ist
- Surfer → internaute

Computer vertaling door derden: