Overzicht


Frans

Uitgebreide vertaling voor scandale (Frans) in het Engels

scandale:

scandale [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le scandale (ignominie; honte; infamie)
    the scandal; the disgrace; the infamy; the ignominy; the shame
    • scandal [the ~] zelfstandig naamwoord
    • disgrace [the ~] zelfstandig naamwoord
    • infamy [the ~] zelfstandig naamwoord
    • ignominy [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shame [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le scandale (infamie; honte; ignominie; )
    the ignominy; the infamy; the shameful act; the scandalous deed
  3. le scandale (charivari; déshonneur; honte; )
    the shame; the disgrace
    • shame [the ~] zelfstandig naamwoord
    • disgrace [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. le scandale (action scandaleuse; honte; infamie; comportement scandalleux)
    the scandalous behaviour
  5. le scandale (tapage; esclandre; tam-tam)
    the hubbub; the hullabaloo; the uproar
    • hubbub [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hullabaloo [the ~] zelfstandig naamwoord
    • uproar [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor scandale:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
disgrace charivari; déshonneur; honte; ignominie; indécence; infamie; scandale bide; disgrâce; douche; défaveur; déshonneur; fiasco; échec
hubbub esclandre; scandale; tam-tam; tapage bousculade; brouhaha; bruit; cabale; chahut; charivari; cohue; effervescence; fracas; grand bruit; presse; rumeur; tapage; tracas; tumulte; vacarme; émoi
hullabaloo esclandre; scandale; tam-tam; tapage bousculade; brouhaha; bruit; chahut; charivari; cohue; effervescence; grand bruit; presse; tapage; tumulte; vacarme; émoi
ignominy acte déshonorant; acte honteux; déshonneur; honte; ignominie; infamie; scandale
infamy acte déshonorant; acte honteux; déshonneur; honte; ignominie; infamie; scandale
scandal honte; ignominie; infamie; scandale babillage; bavardage; bavardages; blasphème; calomnie; cancan; cancans; causeries; causettes; clabaudage; commérage; commérages; diffamation; discours diffamatoire; médisance; papotage; racontars; radotages; ragot; ragots; rumeur; son; voix
scandalous behaviour action scandaleuse; comportement scandalleux; honte; infamie; scandale comportement honteux; honte; scandalisme
scandalous deed acte déshonorant; acte honteux; déshonneur; honte; ignominie; infamie; scandale
shame charivari; déshonneur; honte; ignominie; indécence; infamie; scandale confusion; embarras; honte; sentiment de honte
shameful act acte déshonorant; acte honteux; déshonneur; honte; ignominie; infamie; scandale
uproar esclandre; scandale; tam-tam; tapage bousculade; bruit; chahut; charivari; clameur; cohue; effervescence; presse; tapage; tumulte; vacarme; émoi
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
disgrace compromettre; discréditer; déshonorer
shame avoir de la honte; rougir; se sentir honteux
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
shame dommage

Synoniemen voor "scandale":


Wiktionary: scandale

scandale
noun
  1. Ce qui est occasion de tomber dans l’erreur.
scandale
noun
  1. incident that brings disgrace

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van scandale



Engels

Uitgebreide vertaling voor scandale (Engels) in het Frans

scandale: (*Woord en zin splitter gebruikt)

Computer vertaling door derden: