Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. peau:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor peau (Frans) in het Engels

peau:

peau [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la peau (pelage; poil; chair)
    the skin; the pelt; the hide
    • skin [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pelt [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hide [the ~] zelfstandig naamwoord
    the coat
    – growth of hair or wool or fur covering the body of an animal 1
    • coat [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. la peau (pelure; écorce; cosse; gousse)
    the peel; the rind; the shell; the skin
    • peel [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rind [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shell [the ~] zelfstandig naamwoord
    • skin [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. la peau (membrane)
    the membrane
    • membrane [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. la peau
    the skin
    • skin [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. la peau (coquille; coque; couche; )
    the shell; the husk; the hull
    • shell [the ~] zelfstandig naamwoord
    • husk [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hull [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. la peau (enveloppement; couche; écorce)
    the wrapper; the shell
    • wrapper [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shell [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor peau:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coat chair; peau; pelage; poil habit; jaquette; manteau; pardessus; veste; veston; vêtements
hide chair; peau; pelage; poil
hull bogue; carapace; coque; coquille; couche; enveloppe; peau; écorce brou; écale
husk bogue; carapace; coque; coquille; couche; enveloppe; peau; écorce brou; écale
membrane membrane; peau
peel cosse; gousse; peau; pelure; écorce
pelt chair; peau; pelage; poil
rind cosse; gousse; peau; pelure; écorce petite croûte; écale; écorce
shell bogue; carapace; coque; coquille; cosse; couche; enveloppe; enveloppement; gousse; peau; pelure; écorce bombe; boîte; brou; cadre; cadres; carcasse; carton; charpente; châssis; coquille; emballage; empaquetage; encadrement; enveloppe; explosif; grenade; interpréteur de commandes; l'ossature; maison uniquement constituée du corps; obus; projectile; squelette; écale
skin chair; cosse; gousse; peau; pelage; pelure; poil; écorce apparence
wrapper couche; enveloppement; peau; écorce boîte; carton; coquille; couvert; emballage; empaquetage; enveloppe
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coat cacher
hide abriter; cacher; camoufler; celer; dissimuler; déguiser; détenir; farder; masquer; mettre en sûreté; omettre; protéger; receler; retenir; s'abriter; se cacher; se mettre à l'abri; se réfugier; se taire de quelque chose; taire; voiler
peel changer de peau; effeuiller; faire peau neuve; peler; s'exfolier; s'écailler; se détacher; se peler; écailler; épamprer; éplucher
pelt pleuvoir à flots; pleuvoir à sceaux; pleuvoir à torrents; pleuvoir à verse
rind peler; se peler; éplucher
shell bombarder; mitrailler; tirer sur
skin appliquer une apparence; bobiner; changer de peau; dépouiller; enrouler; faire peau neuve; peler; raboter; racler; retrousser; rouler; se peler; trousser; écorcher; éplucher

Synoniemen voor "peau":


Wiktionary: peau

peau
noun
  1. anatomie|fr enveloppe d’un corps humain ou animal.
peau
noun
  1. skin of an animal
  2. skin
  3. the skin of a beast with the hair on; a raw or undressed hide; a skin preserved with the hairy or woolly covering on it
  4. -
  5. outer covering of the body of a person or animal
  6. the outer protective layer of any plant or animal
  7. skin of an animal used by humans
  8. congealed layer on the surface of a liquid

Cross Translation:
FromToVia
peau fur; fleece pels — de dichtbehaarde huid van verschillende dieren
peau skin huid — vel, de buitenste laag weefsel die het lichaam bedekt
peau skin Haut — größtes Sinnesorgan bei Menschen und Tieren, das gleichzeitig als Schutz des darunter liegenden Gewebes, Atmung, Wärmeregulierung und anderem dient

Verwante vertalingen van peau