Piton: vertaling Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

piton:
- screw-eye; ring-bolt
piéton:
- pedestrian; walker; wayfarer; foot-passenger
Wiktionary:
- piton → piton, spike
- piéton → pedestrian
- piéton → pedestrian
- piéton → pedestrian, walker

Engels naar Frans: Meer gegevens...

piton:
- Wiktionary:
  piton → piton
- Synoniemen voor "piton":
  spike

Frans

Uitgebreide vertaling voor piton (Frans) in het Engels

piton:

piton [le ~] zelfstandig naamwoord

le piton
the screw-eye
- screw-eye [the ~] zelfstandig naamwoord
le piton
the ring-bolt
- ring-bolt [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor piton:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ring-bolt	piton
screw-eye	piton

Synoniemen voor "piton":

crampon; agrafe; attache; croc; crochet; grappin; griffe; harpon; aiguille; clou; rivet; pointe; fixation

Wiktionary: piton

piton

noun

Clou ou vis à tête en anneau
- piton → piton; spike

piéton:

piéton [le ~] zelfstandig naamwoord

le piéton
the pedestrian
- pedestrian [the ~] zelfstandig naamwoord
le piéton (randonneur; flâneur)
the walker
– a person who travels by foot ¹
- walker [the ~] zelfstandig naamwoord
le piéton (voyageur à pied; marcheur)
the pedestrian; the wayfarer; the foot-passenger
- pedestrian [the ~] zelfstandig naamwoord
- wayfarer [the ~] zelfstandig naamwoord
- foot-passenger [the ~] zelfstandig naamwoord
the walker
– a person who travels by foot ¹
- walker [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor piéton:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
foot-passenger	marcheur; piéton; voyageur à pied
pedestrian	marcheur; piéton; voyageur à pied
walker	flâneur; marcheur; piéton; randonneur; voyageur à pied	coureur; déambulateur; jogger; marcheur; point d'appui; prise; sprinter
wayfarer	marcheur; piéton; voyageur à pied
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
pedestrian		bas; basse; bassement; courant; d'usage; déshonorant; généralement admis; habituel; honteusement; ignoble; ignoblement; infect; infâme; mauvais; méchant; méprisable; normal; odieusement; odieux; ordinaire; ordinairement; peu élevé; quotidien; sans scrupules; usuel; vachement; vil

Synoniemen voor "piéton":

marcheur; excursionniste; promeneur; passant; flâneur; fantassin; badaud; touriste

Wiktionary: piéton

piéton

noun

homme qui se déplacer à pied.
- piéton → pedestrian

piéton

adjective

of or intended for pedestrians
- pedestrian → piéton; piétonnier; pédestre

noun

somebody walking rather than using a vehicle
- pedestrian → piéton; piétonne

Cross Translation:

From	To	Via
• piéton	→ pedestrian	↔ voetganger — iemand die zich te voet door het verkeer verplaatst
• piéton	→ pedestrian; walker	↔ Fußgänger — eine (männliche) Person, die zu Fuß unterwegs ist

Engels

Uitgebreide vertaling voor piton (Engels) in het Frans

piton:

Synoniemen voor "piton":

spike

Verwante definities voor "piton":

a metal spike with a hole for a rope; mountaineers drive it into ice or rock to use as a hold¹

Wiktionary: piton

piton

noun

Clou ou vis à tête en anneau
- piton → piton; spike

Remove Ads

Franse en Engelse zoekresultaten voor: piton

Uitgebreide vertaling voor piton (Frans) in het Engels

piton:

piton [le ~] zelfstandig naamwoord

le piton

le piton

Vertaal Matrix voor piton:

Synoniemen voor "piton":

Wiktionary: piton

piéton:

piéton [le ~] zelfstandig naamwoord

le piéton

le piéton (randonneur; flâneur)

le piéton (voyageur à pied; marcheur)

Vertaal Matrix voor piéton:

Synoniemen voor "piéton":

Wiktionary: piéton

Uitgebreide vertaling voor piton (Engels) in het Frans

piton:

Synoniemen voor "piton":

Verwante definities voor "piton":

Wiktionary: piton