Frans

Uitgebreide vertaling voor soudure (Frans) in het Engels

soudure:

soudure [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la soudure (joint)
    the welding; the joint
    • welding [the ~] zelfstandig naamwoord
    • joint [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. la soudure (passerelle)
    the bridging
    • bridging [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. la soudure (jonction; joint; assemblage; raccord)
    the connection; the joining together
  4. la soudure
    the solder
    • solder [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. la soudure (alliage de soudure; brasure)
    the soldering flux; the flowing means
  6. la soudure (fondant; écoulement)
    the flow-control agent; the flux

Vertaal Matrix voor soudure:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bridging passerelle; soudure
connection assemblage; joint; jonction; raccord; soudure accord; accouplement; affinité; alliance; analogie; assemblage; branchement du téléphone; chaînon; cohérence; cohésion; combinaison; communication; communication téléphonique; commutation; concorde; connexion; consistance; contact; corrélation; couplage; enchaînement; entente; fraternité; harmonie; installation du téléphone; interaction; interface; jonction; le rapport; liaison; lien; ligne téléphonique; parenté; raccord; rapport; relation; réciprocité; réunion; solidarité; union; unité
flow-control agent fondant; soudure; écoulement
flowing means alliage de soudure; brasure; soudure
flux fondant; soudure; écoulement agent de fusion; fondant
joining together assemblage; joint; jonction; raccord; soudure joindre ensemble; relier ensemble; unir ensemble
joint joint; soudure articulation; articulation des os; boucle; condyle; joint; jointure; pétard; rang; rangs
solder soudure
soldering flux alliage de soudure; brasure; soudure
welding joint; soudure joindre
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
solder souder; souder au cuivre
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
joint allié; collectif; commun; lié; noué; réuni; unanime; unanimement; uni

Synoniemen voor "soudure":


Wiktionary: soudure

soudure
noun
  1. action de souder ; le résultat de ce travail.
soudure
noun
  1. any of various alloys that are used to join small pieces of metal together
  2. method of joining two metallic surfaces by melting an alloy between them

Verwante vertalingen van soudure