Démarrage in het Engels vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Engels: Meer gegevens...

démarrage:
- beginning; commencement; start; outset; opening; acceleration; departure; leaving; departing; taking off; going away; starting; sailing; putting to sea; bootstrap; startup
Wiktionary:
- démarrage → startup

Frans

Uitgebreide vertaling voor démarrage (Frans) in het Engels

démarrage:

démarrage [le ~] zelfstandig naamwoord

le démarrage (commencement; début; ouverture; départ; amorce; origine; décollage)
the beginning; the commencement; the start; the outset; the opening
- beginning [the ~] zelfstandig naamwoord
- commencement [the ~] zelfstandig naamwoord
- start [the ~] zelfstandig naamwoord
- outset [the ~] zelfstandig naamwoord
- opening [the ~] zelfstandig naamwoord
le démarrage (accélération)
the acceleration
- acceleration [the ~] zelfstandig naamwoord
le démarrage (départ; décollage)
the departure; the leaving; the departing; the taking off; the going away; the starting; the sailing
- departure [the ~] zelfstandig naamwoord
- leaving [the ~] zelfstandig naamwoord
- departing [the ~] zelfstandig naamwoord
- taking off [the ~] zelfstandig naamwoord
- going away [the ~] zelfstandig naamwoord
- starting [the ~] zelfstandig naamwoord
- sailing [the ~] zelfstandig naamwoord
le démarrage (appareillage; décollage; départ)
the departure; the sailing; the departing; the putting to sea; the starting; the taking off; the leaving; the going away
- departure [the ~] zelfstandig naamwoord
- sailing [the ~] zelfstandig naamwoord
- departing [the ~] zelfstandig naamwoord
- putting to sea [the ~] zelfstandig naamwoord
- starting [the ~] zelfstandig naamwoord
- taking off [the ~] zelfstandig naamwoord
- leaving [the ~] zelfstandig naamwoord
- going away [the ~] zelfstandig naamwoord
le démarrage
the bootstrap; the startup
– The process of starting or resetting a computer. When first turned on (cold boot) or reset (warm boot), the computer runs the software that loads and starts the computer's operating system, which prepares it for use. ¹
- bootstrap [the ~] zelfstandig naamwoord
- startup [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor démarrage:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
acceleration	accélération; démarrage	accélération; changement de vitesse; vitesse
beginning	amorce; commencement; début; décollage; démarrage; départ; origine; ouverture	commencement; début; en-tête; exorde; fait d'entamer; introduction; titre
bootstrap	démarrage	cordon de soulier
commencement	amorce; commencement; début; décollage; démarrage; départ; origine; ouverture
departing	appareillage; décollage; démarrage; départ
departure	appareillage; décollage; démarrage; départ
going away	appareillage; décollage; démarrage; départ
leaving	appareillage; décollage; démarrage; départ	abandon; disparition; démission; départ; désaffiliation; renonciation
opening	amorce; commencement; début; décollage; démarrage; départ; origine; ouverture	blanc; crevasse; dilatation; débouché; encoche; endroit faible dans la glace; espace; fente; fissure; interligne; intervalle; marché; ouverture; pause; ravin
outset	amorce; commencement; début; décollage; démarrage; départ; origine; ouverture
putting to sea	appareillage; décollage; démarrage; départ
sailing	appareillage; décollage; démarrage; départ	voile; yachting
start	amorce; commencement; début; décollage; démarrage; départ; origine; ouverture	impulsion; initiative
starting	appareillage; décollage; démarrage; départ	commencement; début; fait d'entamer
startup	démarrage
taking off	appareillage; décollage; démarrage; départ
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
start		activer; allumer; amorcer; annoncrer; bondir; brancher sur; commencer; commencer à; donner le signal du départ pour; dresser; débuter; décoller; démarrer; embarquer; engager; entamer; entreprendre; entrer en vigueur; envoyer; faire; faire bagage; faire fonctionner; faire marcher; inaugurer; introduire; lancer; mettre en circuit; mettre en marche; monter; ouvrir; partir; prendre; prendre de la hauteur; prendre la mer; prendre le large; publier; quitter; quitter le port; s'absenter; s'activer; s'en aller; s'envoler; s'y mettre; s'élever; s'éloigner; se hisser; se mettre en marche; se mettre en mouvement; se retrouver au-dessus de; toucher; élever; établir le contact; étrenner
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
opening		introduisant

Synoniemen voor "démarrage":

allumage; contact; explosion; combustion; amorçage; amorcement; départ; initiation; bourgeonnement; pousse; blastogenèse; enclenchement; engagement; engrenage; initialisation; mise en route

Wiktionary: démarrage

démarrage

noun

marine|fr déplacement d’un navire, soit qu’on le démarre du poste qu’il occuper dans un port, ou que la force du vent, le mauvais temps faire rompre ses amarres.
- démarrage → startup

Verwante vertalingen van démarrage

¹Microsoft® Language Portal

Remove Ads

Vertaal démarrage van Frans naar Engels

Uitgebreide vertaling voor démarrage (Frans) in het Engels

démarrage:

démarrage [le ~] zelfstandig naamwoord

le démarrage (commencement; début; ouverture; départ; amorce; origine; décollage)

le démarrage (accélération)

le démarrage (départ; décollage)

le démarrage (appareillage; décollage; départ)

le démarrage

Vertaal Matrix voor démarrage:

Synoniemen voor "démarrage":

Wiktionary: démarrage

Verwante vertalingen van démarrage