Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. pire:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor pire (Frans) in het Engels

pire:

pire bijvoeglijk naamwoord

  1. pire (plus mauvais; pis)
    worse
    • worse bijvoeglijk naamwoord
  2. pire (le plus mauvais)
    worst
    • worst bijvoeglijk naamwoord
  3. pire (plus misérable; plus malade; plus indisposé)
    more nasty; more wretched; nastier; wretcheder

pire [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le pire (point le plus bas; creux de la vague; record le plus bas)
    the low
    • low [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pire:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
low creux de la vague; pire; point le plus bas; record le plus bas crise d'émotions; crise de larmes; dépression; niveau le plus bas; point le plus bas; record de bassesse; record le plus bas
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
low beugler; meugler; mugir
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
more nasty pire; plus indisposé; plus malade; plus misérable
more wretched pire; plus indisposé; plus malade; plus misérable
nastier pire; plus indisposé; plus malade; plus misérable
wretcheder pire; plus indisposé; plus malade; plus misérable
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
low bas; basse; bassement; clandestin; clandestinement; dissimulé; en cachette; en secret; en traître; faux; fieffé; fourbe; futé; félon; hypocrite; inférieur; inférieurement; mal; malin; mauvais; minable; miteux; méchant; pas haut; perfide; perfidement; roué; rusé; sournois; sournoisement; traître; traîtreusement; vil; vilain; vilainement; à l'insu des autres; à la dérobée
worse pire; pis; plus mauvais plus difficile; plus pénible
worst le plus mauvais; pire en être pour ses frais; le plus mauvais; pauvre; pauvrement; piteusement; piteux; piètre; piètrement

Synoniemen voor "pire":


Wiktionary: pire

pire
adjective
  1. comparatif de|mauvais|fr. Plus mauvais, plus défectueux, plus nuisible.
pire
comparative
  1. comparative form of bad
superlative
  1. Most inferior