Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. renom:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor renom (Frans) in het Engels

renom:

renom [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le renom (réputation; célébrité; popularité; familiarité)
    the reputation; the name; the fame
    • reputation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • name [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fame [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. le renom (célébrité; renommée; popularité; familiarité)
    the celebrity; the glory; the popularity; the fame
    • celebrity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • glory [the ~] zelfstandig naamwoord
    • popularity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fame [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. le renom (popularité; célébrité)
    the popularity; the fame; the renown; the hip; the celebrity; the glory
    • popularity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fame [the ~] zelfstandig naamwoord
    • renown [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hip [the ~] zelfstandig naamwoord
    • celebrity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • glory [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor renom:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
celebrity célébrité; familiarité; popularité; renom; renommée
fame célébrité; familiarité; popularité; renom; renommée; réputation célébrité; nom; notoriété; prestige; renommée; réputation
glory célébrité; familiarité; popularité; renom; renommée apparat; bonheur; béatitude; chance; célébrité; délices; faste; fortune; félicité; gloire; grandeur; lustre; magnificence; pompe; renommée; splendeur
hip célébrité; popularité; renom hanche; taille
name célébrité; familiarité; popularité; renom; réputation appellation; attribut; dénomination; désignation; marque; marque déposée; nom; notoriété; prestige; prédicat; réputation; terme; titre
popularity célébrité; familiarité; popularité; renom; renommée maniérisme
renown célébrité; popularité; renom considération; notoriété; prestige; renommée; réputation
reputation célébrité; familiarité; popularité; renom; réputation considération; nom; notoriété; prestige; renommée; réputation
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
name appeler; baptiser; citer; mentionner; nommer; énumérer

Synoniemen voor "renom":


Wiktionary: renom

renom
noun
  1. réputation ; opinion que le public a d’une personne, d’une chose.
renom
noun
  1. Fame or wide recognition