Overzicht
Frans naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. âcreté:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor âcreté (Frans) in het Spaans

âcreté:

âcreté [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'âcreté (aigreur; âpreté)
    la amargura; la aflicción; el agror; el amargor; el cinismo
    • amargura [la ~] zelfstandig naamwoord
    • aflicción [la ~] zelfstandig naamwoord
    • agror [el ~] zelfstandig naamwoord
    • amargor [el ~] zelfstandig naamwoord
    • cinismo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor âcreté:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aflicción aigreur; âcreté; âpreté affliction; calamité; catastrophe; chagrin; douleur; découragement; désastre; désespoir; désespérance; désolation; détresse; ennui; mal; mal de vivre; malheur; maussaderie; misère; morosité; mélancolie; peine; souffrance; tristesse
agror aigreur; âcreté; âpreté
amargor aigreur; âcreté; âpreté aigreur; amertume; désir de vengeance; rancoeur; rancune; ressentiment; soif de vengeance
amargura aigreur; âcreté; âpreté aigreur; amertume; désir de vengeance; rancoeur; rancune; ressentiment; soif de vengeance
cinismo aigreur; âcreté; âpreté cynisme

Synoniemen voor "âcreté":


Wiktionary: âcreté

âcreté
noun
  1. qualité de ce qui est âcre.