Overzicht
Frans naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. fois:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor fois (Frans) in het Spaans

fois:

fois [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la fois
    la vez
    • vez [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fois:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vez fois altération; changement; modification; mutation

Synoniemen voor "fois":


Wiktionary: fois

fois
noun
  1. Reprise
  2. Ratio
conjunction
  1. (mathématiques) produit des nombres précédent et suivant.

Cross Translation:
FromToVia
fois vez maal — telkens terugkerend tijdstip waarop iets gebeurt
fois vez keer — telkens terugkerend tijdstip waarop iets gebeurt
fois vez Mal — bestimmter Zeitpunkt; Moment; die Anzeige eines Wiederholungsfaktors oder einer Reihenfolge
fois otra vez abermalsnoch einmal
fois vez mal — multipliziert mit
fois vez; línea; nivel time — instance or occurrence
fois por times — multiplied by

Verwante vertalingen van fois