Frans

Uitgebreide synoniemen voor bas in het Frans

bas:

bas bijvoeglijk naamwoord

  1. bas
    basse; bas; méchant; mauvais; méprisable; ordinaire; peu élevé; ignoblement; quotidien; odieux; ignoble; bassement; vachement; généralement admis; courant; vil; infect; ordinairement; déshonorant; habituel; normal; infâme; usuel; honteusement; d'usage; sans scrupules; odieusement
  2. bas
    bas; pas haut
    • bas bijvoeglijk naamwoord
    • pas haut bijvoeglijk naamwoord
  3. bas
    bas; sous le vent; profond; situé bas
  4. bas
    vilain; méchant; rusé; malin; hypocrite; sournoisement; perfide; bas; miteux; futé; minable; traître; vil; roué; bassement; perfidement; sournois; fieffé; vilainement; à la dérobée; traîtreusement; à l'insu des autres
  5. bas
    faux; perfide; fictif; faussement; vil; bas; méchant; feint; vulgaire; inventé; méprisable; rudement; supposé; perfidement; vulgairement; basse; ordinaire; vachement; ignoble; abject; ordinairement; bassement; ignoblement
  6. bas
    bas; assourdi; à mi-voix; vague; flou; confus; estompé
  7. bas
    bas; basse
    • bas bijvoeglijk naamwoord
    • basse bijvoeglijk naamwoord
  8. bas
    banal; méchant; grossier; crapuleux; ignoblement; grossière; cochon; vilain; infâme; bas; basse; dégueulasse; ignoble; méprisable; malpropre; crapuleusement; sale; vulgaire; vil; infect; trivial; grossièrement; bassement
  9. bas
    ignoble; bas; basse; bassement

bas [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le bas
    le bas; le mi-bas
    • bas [le ~] zelfstandig naamwoord
    • mi-bas [le ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "bas":


Verwante synoniemen voor bas