Franse synoniemen van bavard, ander woord voor bavard

Remove Ads

Overzicht

Frans Synoniemen: Meer gegevens...

Frans

Uitgebreide synoniemen voor bavard in het Frans

bavard:

bavard bijvoeglijk naamwoord

bavard
bavard; loguace; volubile; babillard; indiscret; indiscrètement; jaseur
- bavard bijvoeglijk naamwoord
- loguace bijvoeglijk naamwoord
- volubile bijvoeglijk naamwoord
- babillard bijvoeglijk naamwoord
- indiscret bijvoeglijk naamwoord
- indiscrètement bijvoeglijk naamwoord
- jaseur bijvoeglijk naamwoord
bavard
bavard; babillard; peu discret
- bavard bijvoeglijk naamwoord
- babillard bijvoeglijk naamwoord
- peu discret bijvoeglijk naamwoord
bavard
bavarde; bavard
- bavarde bijvoeglijk naamwoord
- bavard bijvoeglijk naamwoord

bavard [le ~] zelfstandig naamwoord

le bavard
le bavard; le moulin à paroles; la calomniatrice; le diffamateur; le parleur; le causeur
- bavard [le ~] zelfstandig naamwoord
- moulin à paroles [le ~] zelfstandig naamwoord
- calomniatrice [la ~] zelfstandig naamwoord
- diffamateur [le ~] zelfstandig naamwoord
- parleur [le ~] zelfstandig naamwoord
- causeur [le ~] zelfstandig naamwoord
le bavard
le bavard; le parleur; le causeur; le moulin à paroles
- bavard [le ~] zelfstandig naamwoord
- parleur [le ~] zelfstandig naamwoord
- causeur [le ~] zelfstandig naamwoord
- moulin à paroles [le ~] zelfstandig naamwoord
le bavard
la pipelette; le radoteur; le jacasseur; le bavardeur; la commère; le bavard; le causeur; la concierge; le rabâcheur; la personne qui parle dans le vide
- pipelette [la ~] zelfstandig naamwoord
- radoteur [le ~] zelfstandig naamwoord
- jacasseur [le ~] zelfstandig naamwoord
- bavardeur [le ~] zelfstandig naamwoord
- commère [la ~] zelfstandig naamwoord
- bavard [le ~] zelfstandig naamwoord
- causeur [le ~] zelfstandig naamwoord
- concierge [la ~] zelfstandig naamwoord
- rabâcheur [le ~] zelfstandig naamwoord
- personne qui parle dans le vide [la ~] zelfstandig naamwoord
le bavard
la bavarde; le bavardeur; le bavard
- bavarde [la ~] zelfstandig naamwoord
- bavardeur [le ~] zelfstandig naamwoord
- bavard [le ~] zelfstandig naamwoord
le bavard
le bavard; le péroreur
- bavard [le ~] zelfstandig naamwoord
- péroreur [le ~] zelfstandig naamwoord
le bavard
le bavard; le radoteur
- bavard [le ~] zelfstandig naamwoord
- radoteur [le ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "bavard":

babillard; loquace; volubile; discoureur; phraseur; prolixe; causant; orateur; verbeux; disert; éloquent; fleuri; expressif; animé; vif; énergique; démonstratif; mobile; coloré; vigoureux; manifeste; significatif; parlant; touchant; jacasseur; jaseur; médisant; exubérant; vivant; exprimant; avouant; parleur; péroreur; redondant; enflé; surabondant; superflu; excessif

Verwante synoniemen voor bavard

peu bavard

Remove Ads

Synoniemen voor "bavard" in het Frans

Uitgebreide synoniemen voor bavard in het Frans

bavard:

bavard bijvoeglijk naamwoord

bavard

bavard

bavard

bavard [le ~] zelfstandig naamwoord

le bavard

le bavard

le bavard

le bavard

le bavard

le bavard

Alternatieve synoniemen voor "bavard":

Verwante synoniemen voor bavard