Home ->Woordenboeken ->Frans/Frans ->Vertaal cloche

Synoniemen voor "cloche" in het Frans

Overzicht
Frans Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. cloche:
  2. clocher:

Frans

Uitgebreide synoniemen voor cloche in het Frans

cloche:

cloche [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la cloche
    la cloche; la pendule; l'horloge
    • cloche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pendule [la ~] zelfstandig naamwoord
    • horloge [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. la cloche
    la clochette; la sonnerie; la cloche; la sonnette
  3. la cloche
    le bouchon de verre; la cloche
  4. la cloche
    l'horizon; la rive; la sonnerie; la cloche; le bord; le timbre; la sonnette; la clochette
    • horizon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • rive [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sonnerie [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cloche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • bord [le ~] zelfstandig naamwoord
    • timbre [le ~] zelfstandig naamwoord
    • sonnette [la ~] zelfstandig naamwoord
    • clochette [la ~] zelfstandig naamwoord
  5. la cloche
    l'empoté; la cloche
    • empoté [le ~] zelfstandig naamwoord
    • cloche [la ~] zelfstandig naamwoord
  6. la cloche
    la cloche
    • cloche [la ~] zelfstandig naamwoord
  7. la cloche
    le paresseux; le fainéant; le misérable; l'abruti; le fêtard; la cloche; la nouille
  8. la cloche
    l'horloge; la montre; la pendule; la clochette; la cloche; la sonnerie; la sonnette
    • horloge [la ~] zelfstandig naamwoord
    • montre [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pendule [la ~] zelfstandig naamwoord
    • clochette [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cloche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sonnerie [la ~] zelfstandig naamwoord
    • sonnette [la ~] zelfstandig naamwoord
  9. la cloche
    la cloche; l'horloge
    • cloche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • horloge [la ~] zelfstandig naamwoord
  10. la cloche
    l'imbécile; le connard; le benêt; la cloche; l'âne; la noix; la nouille; le nigaud; la bonne poire; la tête d'oeuf; l'oie blanche; l'esprit vide

cloche [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le cloche
    le con; le fainéant; le casse-cul; le lambin; le paresseux; le misérable; l'emmerdeur; le cloche; le bon à rien; le nouille; le musard; le propre à rien

Alternatieve synoniemen voor "cloche":


cloche vorm van clocher:

clocher [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le clocher
    le clocher; le campanile; le beffroi
  2. le clocher
    le clocher
    • clocher [le ~] zelfstandig naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "clocher":


Verwante synoniemen voor cloche







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0288 seconde
Page rendered in 1.0 seconds