Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. aine:
  2. aîné:
  3. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor aine (Frans) in het Nederlands

aine:

aine [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'aine
    de lies
    • lies [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aine:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lies aine

Wiktionary: aine

aine
noun
  1. anatomie|fr Partie du corps humain ou animal qui est entre le haut de la cuisse et le bas-ventre.
aine
noun
  1. anatomie|nld gedeelte van de buikstreek die met de liesplooi de grens vormt tussen onderlichaam en dij

Cross Translation:
FromToVia
aine lies groin — long narrow depression of the human body that separates the trunk from the legs

aine vorm van aîné:

aîné [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'aîné (plus vieux; plus âgé)
    de nestor; de oudste; de senior
    • nestor [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • oudste [de ~] zelfstandig naamwoord
    • senior [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor aîné:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nestor aîné; plus vieux; plus âgé doyen; plus ancien associé
oudste aîné; plus vieux; plus âgé
senior aîné; plus vieux; plus âgé
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
senior du troisième âge; le plus âgé; vieillot; âgé
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oudste du troisième âge; le plus âgé; vieillot; âgé

Synoniemen voor "aîné":


Wiktionary: aîné


Cross Translation:
FromToVia
aîné ouder elder — greater than another in age or seniority
aîné eerstgeborene firstborn — the first child in a family

Verwante vertalingen van aine